Armoede en Sociale Uitsluiting Jaarboek 2016 - Blik op energiearmoede
Eigenlijk weten we nog te weinig over de impact van een budgetmeter, prepaid me-
ter en slimme meter op het leven in armoede. Het zou interessant zijn om hierover
meer gegevens te verzamelen, in het bijzonder op basis van de ervaringen van de
huidige gebruikers en van de inzichten van mensen in armoede, en er een armoe-
detoets op toe te passen.
6.2 Vragen tot afsluiting van energie
Vragen tot afsluiting van elektriciteit en gas worden in het Vlaamse en het Waalse
Gewest in lokale adviescommissies (respectievelijk LAC en CLE genoemd) behan-
deld. In het Vlaamse Gewest werden in 2015 1.115 toegangspunten elektriciteit en
1.668 aansluitingspunten gas na LAC-advies afgesloten. Deze afsluitingen zijn een
indicator van een wanbetalingsproblematiek en van energiearmoede (VREG, 2016).
In Brussel bestaan geen lokale adviescommissies voor energie. Wanneer bij de
distributienetbeheerder (DNB) de schulden onbetaald blijven, kan deze een aan-
vraag indienen bij de vrederechter om tot afsluiting over te gaan. Elke afsluiting
van energie voor residentieel gebruik is dus alleen mogelijk op beslissing van de
vrederechter. Deze kan in de winter worden opgeschort, hetzij op beslissing van de
vrederechter of na interventie van het OCMW. In het geval van energie kan het vre-
degerecht de DNB bovendien verplichten om tijdelijke energie te leveren aan een
gezin dat in de winter geen elektriciteit en/of gas ontvangt, als het oordeelt dat de
menselijke waardigheid wordt aangetast. In 2014 voerde Sibelga 785 afsluitingen
voor elektriciteit en 693 afsluitingen voor gas uit (Lefere, 2015).
De werking van de LAC’s kan sterk verschillen naargelang de gemeente. Dit leidt
tot situaties waarbij mensen met problemen op verschillende wijze worden
betrokken bij de commissies en waarbij de besluitvorming niet eenduidig gebeurt
(Clymans, Dries, Meurkens, & Van der Wilt, 2011). Sommige commissies kiezen
er bijvoorbeeld voor om slechts een beperkt aantal dossiers te behandelen,
met het oog op voldoende tijd voor de bespreking ervan. Er is wel een leidraad
goede praktijken uitgewerkt voor de LAC’s energie (Samenlevingsopbouw
Antwerpen provincie, 2008) en ondertussen
is een gelijkaardig initiatief opgestart voor de
LAC’s water. Belangrijk is ook dat er regelmatige
vormingsmomenten komen opdat de betrokken
actoren (OCMW-medewerkers en –raadsleden,
medewerkers
van
watermaatschappijen,
van
distributienetbeheerders
en
van
terreinorganisaties) op de hoogte zijn van de
verschillende bepalingen en de rol van elkeen.
Een tweede belangrijke vraag bij de werking van
de commissies is over welke rechtsmiddelen een persoon beschikt die na advies
van de LAC wordt afgesloten. Hoewel er veel afhangt van het advies van de LAC, is
er in Vlaanderen geen beroepsmogelijkheid voorzien
De Waalse wetgeving voor-
Ommensen in armoede
een sterkere rechtspositie
te verschaffen, is ook
in Vlaanderen een
beroepsprocedure tegen
LAC-beslissingen nodig
172