Armoede en Sociale Uitsluiting Jaarboek 2016 - Blik op energiearmoede
2. Referentiebudgetten
Referentiebudgetten zijn geprijsde korven van goederen en diensten die illustre-
ren wat gezinnen in een bepaalde samenleving nodig hebben om een bepaalde
levensstandaard te realiseren (Bradshaw, 1993; Saunders e.a., 1998). De Belgische
referentiebudgetten voor maatschappelijke participatie werden ontwikkeld om
leefsituaties te beoordelen in functie van de menselijke waardigheid. Ze vormen
een ondergrens die aangeeft onder welk inkomen adequate maatschappelijke par-
ticipatie in onze samenleving onmogelijk wordt.
Volgens ‘the theory of human need’ (Doyal & Gough, 1991) is maatschappelijke
participatie slechts mogelijk wanneer is voldaan aan twee universele behoeften,
namelijk gezondheid en autonomie. Zich hierop baserend, bevatten de Belgische
referentiebudgetten goederen en diensten die nodig zijn met het oog op de bevre-
diging van deze twee universele noden. Deze werden nog verder geconcretiseerd
in tien intermediaire noden, namelijk gezonde voeding, adequate huisvesting, toe-
gankelijke gezondheidszorg en persoonlijke verzorging, geschikte kleding, rust en
ontspanning, een veilige kindertijd, veiligheid, betekenisvolle sociale relaties en
toereikende mobiliteit. Voor het vaststellen van de hoe-
veelheid goederen en diensten met bijhorende kostprijs,
nodig om deze behoeften te vervullen, wordt vertrokken
van bestaande internationale, nationale en regionale richt-
lijnen. Daarnaast wordt er ook een beroep gedaan op de
wetenschappelijke kennis van experts uit bovengenoem-
de domeinen en op de ervaringskennis van burgers. Deze
laatste discuteren in focusgroepen over de invulling van de
intermediaire noden waarvoor wetenschappelijke eviden-
tie grotendeels ontbreekt. Zij bespreken zowel de functies
die moeten worden gerealiseerd als de kenmerken van de
hieraan verbonden noodzakelijke goederen en diensten.
Ten slotte vormen ook de aanvaardbaarheid, haalbaarheid
en volledigheid van de door experts voorgestelde korven
onderwerp van discussie in de focusgroepen.
De referentiebudgetten worden ontwikkeld voor verschillende typegezinnen met
een bepaalde omvang en samenstelling. Hierbij wordt verondersteld dat de gezins-
leden gezonde, goed geïnformeerde en zelfredzame burgers zijn die erin slagen het
gezinsbudget economisch te beheren. Hierdoor weerspiegelen de referentiebud-
getten een financiële ondergrens van wat gezinnen zich minimaal moeten kunnen
veroorloven in onze samenleving om er adequaat aan te kunnen participeren. Bur-
gers met een minder goede gezondheid en/of beperktere individuele competenties
zullen in de meeste gevallen meer nodig hebben. Omwille van de grote hoeveelheid
aan keuzes die moeten worden gemaakt met betrekking tot de aard, het aantal, de
prijs en de afschrijftijd van producten en diensten, geven de referentiebudgetten
geen exacte ondergrens, maar een wetenschappelijk geobjectiveerde schatting van
het budget dat gezinnen minimaal nodig hebben om alle noodzakelijke functies te
De referentiebudgetten
weerspiegelen een
financiële ondergrens
van wat gezinnen zich
minimaal moeten kunnen
veroorloven om adequaat
aan onze samenleving te
kunnen participeren
100