Les in Lezen Onderzoekslijn 1 Rapport

Les in Lezen: Onderzoeksluik 1 – Umbrella review van effectief leesonderwijs 31 en interactieve elementen worden gecombineerd of enkel interactieve elementen worden aangeboden. Er blijkt echter geen bijkomend voordeel van het inzetten van technologie in vergelijking met de traditionele aanbieding op de uitkomstmaat receptieve woordenschat. Takacs en collega’s besluiten dat extra non-verbale informatie (animaties, achtergrondgeluid, muziek) die aansluit bij het aangeboden verhaal, kinderen ondersteunt in taalbegrip, in het bijzonder voor kinderen met een risico op taalvertraging. Daarentegen heeft het gebruik van interactieve elementen een negatief effect op verhaalbegrip en expressief woordleren. Met andere woorden: dergelijke interactieve elementen zijn afleiders, zelfs wanneer ze aansluiten bij het verhaal. Verder rapporteren Takacs en collega’s ook data met betrekking tot codegerelateerde vaardigheden (fonologisch bewustzijn, letterkennis en inzicht in geschreven taal). De onderzoekers besluiten dat er geen verschil is in leerwinst op het vlak van fonologisch bewustzijn, letterkennis of inzicht in geschreven taal bij kleuters tot en met leerlingen van het 4de leerjaar, wanneer verhalen digitaal dan wel mondeling worden aangeboden. Abrami et al. (2019) onderzochten het effect van een specifiek computerprogramma, ABRACADABRA, op de leesuitkomsten van lagere schoolleerlingen. ABRACADABRA is een computerprogramma dat een variëteit aan instructiematerialen aanbiedt, waaronder instructie gericht op alfabetische kennis, vlotheid, leesbegrip en schrijfactiviteiten. Deze activiteiten worden aangeboden door ze te linken aan interactieve verhalen van verschillende genres. Daarbij komt ook een spelelement, om de leerlingen gemotiveerd te houden om de taken te voltooien. Het effect van het programma werd onderzocht voor diverse leesuitkomsten, waaronder de voorbereidende vaardigheden woordenschat, luisterbegrip en fonologisch bewustzijn. Fonologisch bewustzijn wordt door Abrami et al. (2019) gedefinieerd als de vaardigheid om individuele klanken te horen en te onderscheiden. Luisterbegrip wordt afgebakend als de vaardigheid om gesproken tekst te begrijpen en interpreteren. De studie rapporteert een klein effect van ABRACADABRA op fonologisch bewustzijn en luisterbegrip, maar niet op woordenschat. Rigney et al. (2020) onderzochten de impact van het computergestuurde programma Headsprout. Dit programma is ontworpen als aanvullend geletterdheidsprogramma voor leerlingen in het basisonderwijs en bestaat in twee onderdelen: Headsprout Early Reading en Headsprout Reading Comprehension. Beide onderdelen vertrekken vanuit een reeks vaste personages en steunen op een behavioristische aanpak, waarbij leerlingen bij een correct antwoord beloond worden met bijvoorbeeld animatiefilmpjes. Headsprout Early Reading is ontworpen voor leerlingen van de kleuterklas tot en met het tweede leerjaar. De kinderen moeten reageren door het juiste item op het scherm aan te klikken of aan te raken. Soms moeten ze 'hardop praten', maar het programma heeft geen spraakherkenning. Ouders of leerkrachten worden daarom aangemoedigd om kinderen in de gaten te houden om er zeker van te zijn dat de kinderen reageren en het programma op de juiste manier gebruiken. Ook voorziet het programma vaak verbindingsoefeningen. Kinderen moeten bijvoorbeeld het teken selecteren dat een woord of fonetisch element correct heeft gezegd. Nadat kinderen een specifieke vaardigheid onder de knie hebben, moeten ze een bepaald woord of fonetisch element in een hoog tempo selecteren. De onderzoekers stellen vast dat Headsprout een effectieve interventie is om phonics en woordenschat te versterken, maar de evidentie is voorlopig te beperkt om conclusies te trekken. Niet enkel zijn de studies beperkt maar ook die blijken van povere methodologische kwaliteit te zijn volgens de vooropgestelde methodologische standaarden van What Works Clearinghouse.

RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=