Les in Lezen Onderzoekslijn 1 Rapport

Les in Lezen: Onderzoeksluik 1 – Umbrella review van effectief leesonderwijs 57 deze maat en vlot lezen met name voor het lezen van woorden (versus pseudowoorden) is er geen interventieonderzoek dat deze component opneemt. Ook in de brede onderzoeksliteratuur is er geen evidentie dat instructie van deze vaardigheid helpt. De meeste onderzoekers nemen deze maat op als een maat voor fonologische verwerking maar er blijft discussie over de precieze processen, orthografisch of fonologisch die een rol spelen. Tot slot kijken we naar de impact van technologische aspecten zoals de inzet van multimedia. Op het moment dat computergestuurde programma’s met hierboven beschreven werkzame componenten zoals het oefenen van decodeervaardigheden een effect laten zien, blijkt dat begeleiding van een volwassene van doorslaggevende rol is. Wordt multimedia enkel toegevoegd zonder inhoudelijke meerwaarde, bijvoorbeeld als een medium om verhalen te presenteren, dan kan er geen significant effect op het vlot lezen worden aangetoond in vergelijking met een conditie zonder multimedia. Andere variabelen die als moderatoren aan bod komen zoals groepssamenstelling, uitvoerder, duur van de training, type uitvoerder blijken over het algemeen geen effect te hebben op bovenstaande bevindingen. De enige moderator die geregeld consistent een effect laat zien in dit en andere onderdelen is het type uitkomstmaat waarbij het veel lastiger blijkt om significante effecten te verkrijgen met gestandaardiseerde toetsen dan met toetsen die de onderzoekers zelf hebben opgesteld. Gaat het om de moderator leerjaar dan heeft deze variabele met name effect op het leestempo, niet op de accuratesse bij het technisch lezen. Tot slot is begrijpend lezen slechts in één studie als onafhankelijke variabele opgenomen. Deze studie levert nog een relevante bevinding op t.a.v. op tempo lezen van teksten, namelijk dat instructie in zelfmonitoring een positieve impact heeft op het leestempo van leerlingen.

RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=