Taalintegratietrajecten Wetenschappelijk rapport

78 jongere leerlingen. Geef sterke feedback In combinatie met monitoring (zie verder) is feedback geven een belangrijke bouwsteen volgens de overview. Feedback kan bestaan uit informatie over waar een leerling heen moet gaan (feedforward), hoe ze het doen (feedback) en wat ze vervolgens moeten doen om een volgende stap te zetten (feedup). De overview schenkt aandacht aan feedup door te verwijzen naar scaffolding , het bouwen van een ‘steiger’ om leerlingen een volgende stap te kunnen laten zetten. Scaffolding wordt dan ook uitgebreid ingezet in de buitenlandse taaltrajecten, zowel voor schriftelijke als mondelinge taalvaardigheid. In de buitenlandse trajecten wordt erg vaak gebruik gemaakt van feedforward, feedback en feedup. Verder gaat er in buitenlandse taaltrajecten ook aandacht naar peerfeedback. Integreer technologie op een wijze manier in je lessen De inzet van educatieve technologie is nuttig volgens de overview. Dit gebeurt het best ingebed in een ruimer geheel, geïntegreerd met niet-technologische activiteiten die door een leerkracht verzorgd worden. In verschillende taaltrajecten wordt dan ook educatieve technologie geïntegreerd, bijvoorbeeld digiboeken of videofragmenten die afgestemd zijn op de inhoud van de lessen of activiteiten. Slechts in één buitenlands taaltraject wordt technologie uitgebreider ingezet, namelijk in de vorm van een leerpad dat op tablet is ontwikkeld en samen met leeftijdsgenoten en de leerkracht doorlopen wordt. Hou rekening met de taalachtergrond van leerlingen om je instructie te versterken In alle buitenlandse effectieve taaltrajecten met meertalige leerlingen als doelgroep wordt de thuistaal erg vaak ingezet als hulpmiddel om de onderwijstaal aan te leren. Ook uit de bespreking van de reviews blijkt dat succesvolle taaltrajecten vaak aandacht schenken aan verschillen tussen de onderwijstaal en de thuistaal. Verder blijkt uit de overview dat Engelsetaalleerders alvast op korte termijn baat hebben bij tweetalig onderwijs. Wel is de situatie van Engelsetaalleerders in de VS en Canada niet vergelijkbaar met die van Nederlandsetaalleerders in Vlaanderen (zie Appendix F voor een meer gefundeerde duiding). 1.3.2 Mondelinge taalvaardigheid Plan rijke gesprekken om de mondelinge taalvaardigheid te bevorderen De aanbeveling uit de overview om planmatig te werken kan ook toegepast worden op de mondelinge taalverwerving. In verschillende effectieve taaltrajecten worden bewust gesprekken gepland, vaak in kleine groep, om op die manier de spreekkansen te verhogen. Bij kleuters en jonge leerlingen worden dergelijke taalstimulerende gesprekken regelmatig ingebed in typische kindgestuurde of leerkrachtgestuurde activiteiten of gebeurt dit tijdens voorleesmomenten met veel interactie. Oudere leerlingen worden dan weer vaak uitgedaagd om deel te nemen aan debatten en discussies. In de effectieve taaltrajecten leren leerkrachten hoe ze ook met weinig taalvaardige leerlingen een gesprek kunnen aanknopen, daarbij voldoende uitdaging inbouwen en tegelijk ondersteuning (scaffolding) voorzien om die uitdaging te kunnen beantwoorden. Er gaat ook aandacht naar de rol van moderator die leerkrachten opnemen in discussies en debatten. Een variant op deze aanbeveling kwam in de delphi-studie van de kleutergroep aan bod. Deze praktijkexperten benadrukten het belang van kwaliteitsvolle taalinteracties, ook tijdens typische kindgestuurde activiteiten of functionele momenten zoals wanneer een kind verzorging nodig heeft. Daar liggen nog heel wat taal(leer)kansen. Voorzie voorleesmomenten met veel interactie Voorleesmomenten met veel interactie hebben volgens de overview een positieve invloed op de mondelinge taalontwikkeling en op voorbereidende lees- en schrijfvaardigheden. Dergelijke momenten worden dan ook vaak ingezet in effectieve taaltrajecten, niet alleen bij kleuters, maar ook bij iets oudere leerlingen. Werk doelbewust aan woordenschat, ook expliciet De overview beperkt zich hier tot de conclusie dat doelbewust werken aan woordenschat loont, maar de effectieve taaltrajecten bieden meer inzicht in hoe dat het best gebeurt. Alle taaltrajecten versterken de woordenschat door niet alleen rijke contexten aan te bieden voor incidenteel leren, maar ook expliciet woorden aan te leren. Daar komt heel wat planning bij kijken: de lesactiviteiten worden zo ontworpen dat de leerlingen interessante doelwoorden tegenkomen, dat deze op diverse manieren toegelicht worden, dat leerlingen de woorden ook zelf gebruiken en dat ze ten slotte doelbewust terugkeren in andere contexten (bijvoorbeeld in andere activiteiten in eenzelfde vak of andere vakken). 1.3.3 Schriftelijke taalvaardigheid Bereid leerlingen vroeg genoeg voor op het leren lezen Het brengt op om aandacht te schenken aan beginnende geletterdheid, met inbegrip van de voorbereidende lees- en