Taalintegratietrajecten Wetenschappelijk rapport

54 uitsluitend op mondelinge taalvaardigheid of schriftelijke taalvaardigheid mikt, betekent dit mogelijk dat de taalnoden van de doelgroep onvoldoende gedekt zijn. 2. Slechts één deelvaardigheid van mondelinge of schriftelijke taalvaardigheid Soms focust de beschrijving van het taaltraject slechts op één deelvaardigheid van de mondelinge of schriftelijke taalontwikkeling. Er gaat bijvoorbeeld enkel aandacht naar woordenschat, maar niet naar het vertellen. Of er gaat enkel aandacht naar het technisch lezen. Een dergelijke enge focus kan wel nuttig zijn voor specifieke leerlingen, maar we vermoeden dat dit niet tegemoet komt aan de noden van de beoogde doelgroepen. 3. Eenmalig evenement in plaats van langdurig traject Een eenmalig initiatief wordt in de kijker gezet. Vaak is het erg onwaarschijnlijk dat een dergelijk eenmalig initiatief voldoende intensief is om de taaldoelen te bereiken. 4. Eén of meerdere aanbevelingen over de inhoud van het taaltraject zijn afwezig Op basis van de reviews zijn we gekomen tot een reeks aanbevelingen voor de praktijk (zie Deel 2). Vaak volgen de inzendingen wel verschillende aanbevelingen, maar niet allemaal. Bijvoorbeeld, ze verwijzen wel naar de inzet van de thuistaal als hulpmiddel om de onderwijstaal te leren, maar tonen niet hoe ze doelbewust woordenschat bouwen. Bij de beoordeling van inzendingen op leerlingniveau focussen we op de aanbevelingen rond didactiek. Bij de beoordeling van inzendingen op schoolniveau focussen we hier op de aanbevelingen rond monitoring, professionalisering, taalbeleid en schoolcultuur. 5. Het taaltraject bevat inhoudelijke bouwstenen die onvoldoende evidence-based zijn Soms duiken er in de inzendingen bouwstenen op die niet voorkomen in de reviews, noch in de effectieve interventies of ander onderzoek waarmee de onderzoekers vertrouwd zijn. Bijvoorbeeld, in enkele inzendingen leren leerlingen de zinsbouw van het Nederlands aan de hand van kleurcodes. In een andere inzending wordt verwezen naar oefeningen rond lateralisatie om het leren lezen te bevorderen. 6. Onvoldoende informatie over de werkwijze Vaak wordt verwezen naar interessante praktijken, maar krijgen we onvoldoende inzicht in de wijze waarop die uitgevoerd worden. We weten bijvoorbeeld dat er aan woordenschat gewerkt wordt, maar niet hoe. 7. Geen info over de opbouw van het traject In verschillende inzendingen is het niet duidelijk hoe het traject is opgebouwd, en waarom er voor die opbouw is gekozen. De reviews tonen een voorkeur voor systematische of goed gestructureerde trajecten. Ook de effectieve interventies hebben een logische opbouw. 8. Slechts één praktijk In de inzending wordt slechts één praktijk beschreven, bijvoorbeeld het gebruik van verteltassen in de kleuterschool om thuis aan leesbevordering te doen. Het is niet duidelijk welke overige acties nog gebeuren om de vooropgestelde taaldoelen te bereiken, terwijl we veronderstellen dat een taaltraject meestal uit een combinatie van praktijken bestaat om een hoge intensiteit te kunnen garanderen. Alle inzendingen tonen één of meerdere indicaties van zwakke kwaliteit. Meestal gaat het om één of meerdere aanbevelingen uit Deel 2 over de inhoudelijke aanpak van het taaltraject die ontbreken in de inzending. Vaak is er ook onvoldoende informatie over de werkwijze. Regelmatig vinden we geen informatie over de opbouw van het traject. Ook wordt er in verschillende gevallen op slechts één praktijk gefocust of komen slechts de mondelinge of schriftelijke taalvaardigheid aan bod. Gelukkig blijken slechts in acht gevallen bouwstenen aan bod te komen die onvoldoende evidence-based zijn. Ook komt het niet vaak voor dat de inzending slechts op één deelvaardigheid focust, en gebeurt het zelden dat de inzender niet goed begrepen heeft dat het over een traject moet gaan en geen eenmalig evenement. Tabel 13. Kwaliteit praktijkvoorbeelden Kwaliteit praktijkvoorbeeld • Een of meerdere belangrijke aanbevelingen afwezig • Onvoldoende informatie over werkwijze • Geen info over de opbouw van het traject • Slechts één praktijk • Enkel mondelinge of enkel schriftelijke taalvaardigheid • Bouwsteen die onvoldoende evidence-based is • Slechts één deelvaardigheid van mondelinge of schriftelijke taalvaardigheid • Eenmalig evenement in plaats van langdurig traject #58 50 42 23 16 15 8 6 3 We kunnen op basis van deze analyse weinig conclusies trekken over de werkelijke kwaliteit van de taaltrajecten in deze inzendingen. Het is immers mogelijk dat de inzendingen geen volledig beeld gaven van de taaltrajecten. Verder blijkt de kwaliteit van de inzendingen onvoldoende om op basis hiervan volledige taaltrajecten te kunnen beschrijven als voorbeeld voor de Vlaamse praktijk. In plaats hiervan kiezen we er in de praktijkgids voor om fragmenten te selecteren die

RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=