MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 39 The future belongs to the sharing economy Sharing platforms are on the rise: everyone knows about the bicycles, e-scooters and cars that you ‘own’ briefly, after which someone else becomes the new temporary ‘owner’. The sharing economy is of all times – just think of the good old library – but ‘sharing-based living’ will eventually dominate our society, so think Gwenny Thomassen and Ivo Dewit, researchers at UAntwerp. Today, the sharing platforms reach their limits all too often. Take, for example, the shared scooters that are worn out after six months. Technology will play a role in impro- ving the process: UAntwerp’s product developers are currently working on a 2.0 scooter. Many former students of our university are active in this sub-sector: one of our alumni is behind car sharing pioneer cambio. Three former students are founding members of Toolsquare, a scale-up that brings the sharing economy to studios and labs. The university is also contributing: just think of the reusable pots and cups in the komida student restaurants and the cooperation with the Kringwinkel. E Vlaams Instituut voor Biotechnologie. Daarbij wordt het gebruik vooral intern gedeeld. Naast de af te rekenen verbruiktijd kan je in zo’n geval zien welk departement een machine het vaakst gebruikt en dus het meest voor de operationele kosten dient te betalen. “Maar het delen van machines tussen instituten of bedrijven onderling, daar bestaat nog veel potentieel”, zegt Vos. “Al is onze filosofie wel in dat idee geworteld. Particulieren hebben de voordelen daarvan stilaan door, met autodelen en deelfietsen. Maar in het bedrijfsleven is het nog maar aan het druppelen. Onze technologie is er klaar voor, en het is duidelijk dat er een markt is voor machinetijd. Maar er is nog een mindshift nodig.” Airbnb voor makers “Ik wil ook graag iets aanbieden voor de maker-gemeenschap”, pikt Truyens in. “Uiteindelijk droom ik van een Airbnb voor machines. Punt is dat er vandaag al wel plekken zijn waar je als student of maker terecht DEELECONOMIE DOSSIER kan voor een bepaalde machine, zoals een lasercutter voor studenten die in het weekend niet op hun universiteit terecht kunnen. Maar het is een onoverzichtelijke blackbox. Je moet het weten. Een platform dat dat inzichtelijk maakt, zou zeker aanslaan.” “Het zou ook een kans bieden voor bedrijven en instellingen die hun machinepark willen optimaliseren”, aldus Vos. “Denk ook aan meubelmakers en dergelijke. Het terugverdieneffect zou in zo’n uitgebouwde deeleconomie zeker stijgen, in die mate dat zulke bedrijven zelfs duurdere en betere machines zouden kunnen kopen.” “Op korte termijn denk ik aan een open atelier in Antwerpen, waar ik makers zou vragen om hun machines te plaatsen voor gedeeld gebruik. Ik ben er zeker van dat er heel wat weinig gebruikte keramiekovens of draaibanken bij makers thuis staan. Breng je dat samen, dan creëer je ook een creatieve kruisbestuiving tussen makers die in zo’n atelier naast elkaar werken. De lijm tussen machines is de lijm tussen kennis.” DRUPPELEN “Er is duidelijk een markt voor ‘machinetijd’, maar er is nog een mindshift nodig”, zeggen Jo Vos (r.) en David Truyens.
RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=