DR I EMA AND E L I J K S MAGA Z I NE J UN I , J U L I , AUGU S T U S 2 0 2 2 43 Universiteit Antwerpen J U N I 2 0 2 2 DOSSIER DEELECONOMIE Haaien blijven tot de verbeelding spreken Academica en auteur bomen door over migratie “Dit is een stevigedip voor onze rechtsstaat” Yousra Benfquih en Catherine Van de Heyning zien het met de mensenrechten de verkeerde kant opgaan:
Linguapolis gelooft in de kracht van taal Schrijf je nu in voor een taalcursus bij Linguapolis! www.linguapolis.be Taalcursussen Van Arabisch tot Zweeds en Nederlands voor anderstaligen Lessen op campus en/of live online lessen Actief en communicatief taalonderwijs Veel leren op korte tijd Academisch Engels Groepscursussen en/of individuele coaching voor studenten, doctorandi, onderzoekers en docenten Writing papers Giving presentations Teaching in English Korting voor studenten, alumni en personeel UAntwerpen
IN DIALOOG MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 3 Studenten zullen niet meer in dezelfde opleiding mogen verder studeren wanneer ze niet alle vakken uit hun eerste jaar met succes hebben afgelegd op het einde van hun tweede jaar. Die regel komt er omdat de gemiddelde studieduur de voorbije jaren toenam. Er zijn ook bij ons studenten die in het derde jaar nog vakken uit het eerste jaar moeten afleggen. Vaak hebben zij wat meer tijd nodig omde inhoud onder de knie te krijgen, maar halen ze in het algemeen wel goede resultaten. Deze knip zal zeker voor extra stress zorgen. De gemiddelde studieduur nam inderdaad toe, maar vandaag halen – in vergelijkingmet vroeger – heel wat meer studenten hun diploma hoger onderwijs. Dat is belangrijk, voor henzelf maar zeker ook voor demaatschappij. Denkmaar aan de talrijke knelpuntberoepen. De nieuwe regel kan de uitstroomvan hoogopgeleiden naar de arbeidsmarkt verminderen. De knip creëert nieuwe drempels, zeker voor studenten die in een moeilijkere situatie zitten. Wij willen liever inzetten op een doordacht systeem van studievoortgangsbegeleiding, waarbij studenten bindende voorwaarden opgelegd krijgen als ze te traag vooruit gaan in hun studie en indien nodig ook kunnen geweigerd worden. Dat is een rechtvaardige aanpak, waarbij we eerlijk zijn naar de studenten toe, maar voldoende flexibiliteit hebben ingebouwd om inclusief te kunnen werken. Zo kunnen we oog hebben voor individuele noden van studenten, met inzet op begeleiding. Een opgelegd uniform systeemmaakt het moeilijk, want de studentenpopulatie verschilt immers best wel wat tussen de verschillende universiteiten en hogescholen. “Hoe kijkt UAntwerpen naar de ‘harde knip’?” Herman Van Goethem: Rowan Brouwers: From the 2023-2024 academic year onwards, students at Flemish universities and colleges must pass all firstyear courses by the end of the second year of their bachelor programme. First-year courses will no longer be available in the third year or later. Not all students are happy with this decision. E Rowan Brouwers Bachelor in de politieke wetenschappen (2020) en bachelor in de wijsbegeerte (2021) Herman Van Goethem Rector UAntwerpen
INHOUD 4 MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 inhoud 43.2022 42 DE UITDAGING De haai spreekt nog steeds tot de verbeelding.
INHOUD MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 5 COLOFON Deze gratis publicatie van de Universiteit Antwerpen verschijnt viermaal per jaar, en is bestemd voor alle medewerkers, alumni, externe relaties en het brede maatschappelijk veld waarmee de Universiteit Antwerpen een netwerk onderhoudt. Hoofdredacteurs: Peter De Meyer en Sabine Mous Redactieraad: Joris Baeten, Inge Bervoets, Johan Blom, Ellen Bogaert, Inge Caenen, Michelle Coenen, Cecilia Coppens, Viona Daelemans, Guido De Meyer, Piet De Vroede, Miep Demuynck, Herman Deumens, Katrien Dickele, Patrick d’Haens, Tim Engels, Els Grieten, Frédéric Huybrechs, Celine Kuysters, Filip Lardon, Ching Lin Pang, Trudi Noordermeer, Steve Paulussen, Sigrid Pauwels, Veronique Rega, Filip Seuntjens, Karen Vandevelde, Elisabeth Vanhoutte, Raoul Van Damme, Femke Van den Audenaeren, Magali Van den Kerkhof, Sofie Van den Wouwer, Luc Van de Poele, Gert Van Hecken, Frank Van Laeken, Eline Van Meervenne, Kathleen Vercauteren, Sven Verheyen, Vicky Verlinden, Britt Weyts, Lieven Willems Eindredactie: Peter De Meyer, Fien Gillis en Cleo Lauwers Vertaalopdrachten: Linguapolis Concept: Lodewijk Deleu Lay-out: Typografics Oplage: 62 000 exemplaren V.U. Herman Van Goethem, rector Universiteit Antwerpen Prinsstraat 13, 2000 Antwerpen Adreswijziging? Suggesties? Universiteit Antwerpen Departement Marketing en Communicatie Prinsstraat 13, 2000 Antwerpen T 03 265 47 21 magazine@uantwerpen.be www.uantwerpen.be/magazine Coverbeeld: Yousra Benfqui en Catherine Van De Heyning Foto: Jesse Willems COVERVERHAAL Catherine en Yousra hebben het over de mensenrechten. SNIPPERS Wat reilt en zeilt er aan UAntwerpen? MINDMAP Niel Hens haalt adem nu corona onder controle lijkt. GRENSVERLEGGEND De Lichtstad is ook een fijne plek voor UAntwerpenaren. HET DUO Hoe kijken Lore Van Praag en Tom Naegels naar migratie? 06 12 17 18 20 IN BEELD Nele Wynants onderzoekt de link tussen de kermis en wetenschap. SAMENWERKEN Apothekers dragen bij tot succesverhaal van stages. DE MATCH Heel wat alumni blijven vol gaan voor het onderwijs. BIJ ONS Was jij erbij op een van onze activiteiten? SAMEN DE TOEKOMST BEPALEN Pharus staat open voor complexe juridische vraagstukken. 26 29 30 46 50 25 32 14 DOSSIER De deeleconomie heeft de wind in de zeilen. HET DING Lukas Van Campenhout kijkt anders naar een valies. The University of Antwerp has many contacts abroad. Our non-Dutchspeaking readers will find English abstracts alongside most of the articles. E Certificate Number 10506-2103-1003 www.climatepartner.com
COVERVERHAAL 6 MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 Catherine Van de Heyning (°1983) · Professor European Fundamental Rights · Procureur des Konings, met specialisatie cybercriminaliteit · Referentiemagistraat digitaal seksueel geweld bij het Antwerpse parket · Onderzoek naar impact digitalisering op mensenrechten · Lid van het adviescomité voor de Mensenrechtenraad van de VN · Lid van de raad van bestuur van het federaal Mensenrechteninstituut “Laat mensenrechten niet alleen over aan juristen”
COVERVERHAAL MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 7 Yousra Benfquih (°1988) · Alumna, doctor in de mensenrechten (UAntwerpen) · Won met haar doctoraat in 2021 de Max van der Stoel Human Rights Award · Werkte een tijdlang voor de EU bij de VN in New York · Startte het Hannah Arendt Instituut mee op als valorisatiecoördinator · Won in 2017 de text-on-stage wedstrijd Naft voor Woord · Is schrijver, essayist, dichter, Radio 1-columniste en spoken word artist · Lid van de Klimaatdichters In de VS wil men het recht op abortus weer afschaffen, in Rusland ligt de invoering van de doodstraf opnieuw op tafel, in aanloop naar het WK Voetbal in Qatar werkten twee miljoen arbeidsmigranten onder slechte omstandigheden, Polen blijft de LGBTQ+-gemeenschap het leven zuur maken, België is van plaats 11 naar plaats 23 gezakt op de wereldranglijst voor persvrijheid... En dan hebben we het nog niet gehad over de oorlog in Oekraïne en de wereldwijde maatregelen tijdens de coronapandemie. Een Amerikaanse ngo stelde vast dat de situatie de laatste vijftien jaar gestaag slechter wordt. Er is zelfs geen enkele regio waar de bescherming van vrijheid en mensenrechten niet achteruitgaat. “Het gaat effectief niet meteen de goede kant op,” getuigen ook alumni en juristen Yousra Benfquih en Catherine Van de Heyning. “Dit is een stevige dip in onze democratische rechtsstaat.” TEKST KATRIEN VERREYKEN FOTO’S JESSE WILLEMS
COVERVERHAAL 8 MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 Volgens de cijfers van de Amerikaanse ngo Freedom House, die wereldwijd onderzoek voert naar democratie, politieke vrijheid en mensenrechten, gaat het de laatste vijftien jaar stevig bergaf met onze mensenrechten. “De wereldwijde financieel-economische crisis in 2008, het opflakkeren van regionale conflicten, terrorisme en drastische antiterrorismemaatregelen, maar ook de COVID-pandemie hebben de bescherming van mensenrechten ernstig verzwakt”, reageert juriste Catherine Van de Heyning. “En op een ziek beestje feesten de parasieten. Denk bijvoorbeeld aan de coronamaatregelen die autoritaire regimes nu blijvend gebruiken om mensen onder de duim te houden. Ook de globalisering en digitalisering spelen hun rol: globalisering veroorzaakte een verlies van identiteit, waardoor mensen zich meer aangetrokken voelen tot autoritaire regimes en sterke leiders. Door de toenemende digitalisering vinden extremen elkaar en die polarisering in de samenleving zorgt voor een stijgende ongelijkheid. Door regionale conflicten krijg je ook meer migratie. Migratie betekent beweging, beweging betekent kwetsbaarheid: vooral migranten zijn bijzonder kwetsbaar voor mensenrechtenschendingen.” Een contextueel verhaal “Voor we spreken over voor- of achteruitgang, moeten we eerst die mensenrechten definiëren”, vult Yousra Benfquih aan. “Hoewel de mensenrechten vaak zo worden voorgesteld, gaat het niet om een transhistorisch, acontextueel verhaal, maar om één dat een bepaalde ideologie uitdraagt. Over welke mensenrechten hebben we het precies? Gelden ze wel voor alle mensen? Hannah Arendt kaartte een halve eeuw geleden al aan hoe staatlozen en vluchtelingen, door een gebrek aan politieke status, uit die categorie vallen, in een soort buitengerechtelijke lacune, terwijl we claimen dat mensenrechten universeel zijn.” “De bescherming van mensenrechten op wereldvlak is een evolutief verhaal, waarin bepaalde groepen en gemeenschappen andere perspectieven naar voren brengen,” meent Catherine. “Naast de klassieke vrijheidsrechten, zijn ook sociale, economische, culturele en collectieve rechten, zoals het recht op een gezond klimaat, in mensenrechtenverdragen gegoten. Al worden ze anders dan de klassieke vrijheidsrechten veelal als doelstellingen in plaats van als afdwingbare rechten geformuleerd.” Mensenrechten-update “De hiërarchie tussen eerste-, tweede- en derdegeneratie mensenrechten is vandaag minder uitgesproken, maar toont toch aan hoe we een bepaald verhaal over mensenrechten vertellen,” aldus Yousra. “Zo zijn de focus op burgerlijke en politieke rechten en het individu typerend voor een westerse, liberale blik. In andere contexten spelen de gemeenschap of ‘de aarde’ een even belangrijke rol als het individu. De mensenrechten zoals wij ze kennen, zijn geënt op dat liberale, mannelijke archetype. Gelukkig hebben minderheidsgroepen die norm in de afgelopen decennia sterk bevraagd en zijn er allerlei verdragen gekomen die specifiek inzoomen op bijvoorbeeld de rechten van vrouwen, mensen van kleur, mensen met een handicap, culturele minderheden,... Zo wordt het verhaal almaar inclusiever.” Wil dat zeggen dat die Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens, die dateert uit 1948, dringend aan een update toe is? “Er is niks mis met dat verdrag”, vindt Catherine. “De rechten in het Verdrag van de Rechten van de Mens zijn essentieel voor een werkende democratie en rechtsstaat, en om ons als mens te kunnen ontplooien. Want vrijheidsrechten zijn in essentie de vrijheid De vele crisissen verzwakten de bescherming van de mensenrechten ernstig. En op een ziek beestje feesten de parasieten. Catherine Van de Heyning
COVERVERHAAL MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 9 je eigen weg te mogen zoeken, te kunnen ontplooien of je ideeën uit te spreken. Het blijft dus een belangrijk verdrag dat intussen door andere verdragen is aangevuld met die sociale, economische, culturele en collectieve rechten. Het is vooral belangrijk wat je met het Verdrag ‘doet’ en hoe je die rechten afdwingt en implementeert.” Kwetsbaar “En daar wringt vaak nog het schoentje”, stelt Yousra vast. “Er zijn rechten die erkendworden, maar die, wanneer het omminderheden gaat, gemakkelijk aan de kant worden geschoven. Terwijl de mensenrechten net voortspruiten uit een bezorgdheid om de kwetsbaren in de samenleving te beschermen. Daar wordt nog te vaak aan voorbijgegaan. Een goed voorbeeld is hoe het denken over het recht op gelijkheid in de loop der jaren is verfijnd. Aanvankelijk was de blik heel formeel: iedereen strikt gelijk behandelen. Maar op die manier bestendig je soms historische ongelijkheden.” “Daarom is er een substantief begrip ontwikkeld van gelijkheid, dat wél kijkt naar de context van individuen en de nadelen die zij ervaren. Denk aan indirecte discriminatie, waarbij wordt erkend dat algemene regels op bepaalde groepenmeer impact hebben. Ook bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens zien we dat: LANGE TERMIJN “Het is een proces van jaren vooraleer een nieuwe waardencultuur ook echt doorleefd is”, aldus Catherine Van de Heyning. Slam Poetry Sinds Yousra Benfquih in 2017 de text-on-stage wedstrijd Naft voor Woord won, is ze een vaste waarde op de Vlaamse podia. “Academische publicaties blijven vaak opgesloten in journals, met mijn poëzie bereik ik een breed publiek, op een laag waar je anders niet geraakt. Schrijvend breng ik alles nu samen: het academische én het poëtische, hoofd én lichaam.”
COVERVERHAAL 10 MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 en dat wil het Hof vermijden”, licht Catherine toe. “Sommige lidstaten hebben het moeilijker met de uitspraken van het Hof dan andere. Dat kan zijn om principiële redenen, zoals in het Verenigd Koninkrijk waar tegenstanders vinden dat rechters zich niet moeten moeien met beslissingen van een democratisch verkozen parlement. Maar in het zog van die kritiek volgen ook autoritaire regimes die juist die democratie zelf ondermijnen. Hoe ga je daar dan mee om?” “Als het Mensenrechtenhof in een nationale situatie ziet dat de beperking van het recht vooraf werd gegaan door een democratisch nationaal debat waar de balans tussen rechten en andere belangen wordt gezocht, dan ANDERE TAAL “Ik ruil het academische en activistische steeds vaker in voor het artistieke”, stelt Yousra Benfquih vast. zal het Hof zich terughoudend opstellen. Maar waar de mensenrechten ernstig ondermijnd worden, moet het Hof kordaat ingrijpen. Het blijft een moeilijk verhaal. Als je de Europese rechtspraak zou analyseren, zou je zien dat die niet altijd coherent is, en dat er hier en daar toegegeven wordt onder druk van de lidstaten.” “Het Hof kan immers niet functioneren zonder politieke en financiële steun van de lidstaten”, bevestigt Yousra. Interdisciplinariteit “Hoewel ze dat zou moeten zijn, is rechtspraak helaas niet altijd objectief”, gaat Yousra verder. “Recht wordt nog altijd beoefend, geïnterpreteerd en toegepast door mensen, met hun eigen vooroordelen en blinde vlekken. Daarom is het belangrijk om aan voldoende zelfreflectie te doen en de eigen blik te blijven bevragen.” “Mensenrechten mogen niet louter aan juristen worden overgelaten”, vindt Catherine. “Het is essentieel dat die mensenrechten ook in andere disciplines doorsijpelen. Ik vind die interdisciplinariteit erg belangrijk. Als onderzoeker werk ik bijvoorbeeld samen met de onderzoeksgroep MIOS (Media & ICT in Organisaties en in de Samenleving, Faculteit Communicatiewetenschappen, red.).” Yousra stipt aan dat er naast interdisciplinariteit ook meer ruimte moet zijn voor een bredere kijk binnen het recht: “Ik vind het spijtig dat er in mijn opleiding te weinig aandacht was voor stromingen met een andere kijk op recht, zoals een intersectioneel feministisch of critical-race perspectief. Dat soort stromingen staan veel meer stil bij hoe recht inhaakt op maatschappij en machtsverhoudingen, en gaan er niet zomaar vanuit dat recht emancipeert, maar soms net kan bijdragen tot onderdrukking. Gelukkig komt daar almaar meer verandering in. Toch moet het diepgaander: geen keuzevakken hier en daar, maar een systematisch ‘omdenken’ voor een dekoloniale blik. De toenemende diversiteit onder de studenten en hun activisme helpt daarbij.” Barricaden “Er zijn zeker al stappen gezet om perspectieven van diversiteit en dekolonisering te laten doorsijpelen en te internaliseren aan sinds kort hanteert het Hof de term ‘bijzonder kwetsbaar’ voor groepen als HIV-positieven, asielzoekers, Roma-zigeuners, religieuzeminderheden, ... Ik vind het mooi dat het Hof daarin gegroeid is, en dat ze beseffen dat die verhoogde kwetsbaarheid institutioneel veroorzaakt is.” Tussen recht en politiek Met dat Mensenrechtenhof heeft Europa een onafhankelijk gerechtshof dat mensenrechtenschendingen in alle 46 landen van de Raad van Europa kan beoordelen. Al heeft zo’n Hof ook zijn politieke grenzen. “Als het Hof volgens een land te ver gaat in zijn arrest, kan het gebeuren dat het zijn steun en legitimiteit verliest bij de betreffende lidstaat
COVERVERHAAL MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 11 “Don’t leave human rights just to jurists” According to the figures from the American NGO Freedom House, our human rights have gone downhill in the past fifteen years, but how do we define those rights and do they apply to all people? Professor of European Fundamental Rights Catherine Van De Heyning and jurist and spoken word artist Yousra Benfquih examine this issue. For them, the issue isn’t transhistorical or acontextual. Human rights as we know them are part of a Western liberal outlook. In other contexts, the community or ‘the earth’ plays an equally important role as the individual. There are also social, economic, cultural and collective rights. Thanks to minority groups, all kinds of treaties have been created that specifically zoom in on the rights of women, people of colour, people with a disability, cultural minorities, and more. Does that mean that the 1948 Universal Declaration of Human Rights is in urgent need of an update? There is nothing wrong with the Treaty, both jurists say. The rights in the Treaty are essential for democracy and the rule of law to work, and for us to be able to develop as human beings. What matters most is what you ‘do’ with that treaty and how you enforce and implement those rights. And that’s often the problem, because some rights are easily pushed aside when it comes to minorities. According to Yousra and Catherine, treating everyone strictly equally sometimes perpetuates historical inequalities. They therefore plead for transformative equality that puts the ‘other’, the marginalised who have nowhere else to go, at the centre, and for a wider view within the law that pays attention to, for example, an intersectional feminist or critical-race perspective. E en een brede blik op de wereld. “Dat zien we bijvoorbeeld in het Rusland-Oekraïne-conflict, waar de Oekraïners als ‘goede vluchtelingen’ worden gezien, en andere slachtoffers van humanitaire crisissen minder aandacht en hulp krijgen” getuigt Yousra. “Terwijl de hoop net bij ‘de ander’ ligt. Ik sluit me aan bij denkers als Emmanuel Levinas en Judith Butler, die wijzen op het belang van niet zozeer gelijkenis, maar alteriteit, radical otherness, voor empathie. Dat kan je ook uitbreiden naar het recht. Zo schrijft Upendra Baxi in The Future of Human Rights dat mensenrechten hun inspiratie zouden moeten vinden bij de ander, de gemarginaliseerde, die nergens anders heen kan. Stephen Hopgood pleit in The Endtimes of Human Rights voor een herschrijven van mensenrechten: los van westerse hegemonie, vanuit lokaal activisme, transnationale solidariteit en humanisme. Opnieuw dus het belang van fundamenteel herdenken en herschrijven. En dat kan met wetten, maar ook met gedichten.” de universiteit”, meent Catherine. “Maar het is een proces van jaren vooraleer een nieuwe waardencultuur ook echt doorleefd is. En dat lange proces zorgt voor vermoeidheid en teleurstelling bij mensen die al jaren op de barricaden staan.” “Zeg me daar wat”, vertelt Yousra. “Mijn verontwaardiging over de wereld vandaag was een van de hoofdredenen om rechten te studeren. Helaas bleek de universiteit niet altijd een even veilige omgeving en ik ben meermaals geconfronteerd met microagressies, seksisme, racisme, … Door dat voortdurende strijden raakte ik opgebrand. Hoewel ik aan mijn onderzoeksgroep Rechten en Ontwikkeling verbonden blijf, ruil ik het academische en activistische steeds vaker in voor het artistieke. Minder strijd, meer poëzie. Toch is mijn visie weinig veranderd: het gaat louter om een andere taal.” Hoop Kortom, mensenrechten zijn veelbelovend, maar niet zaligmakend zonder zelfbewustzijn Kiemen van geweld Catherine Van de Heyning ziet een verband tussen het Rusland-Oekraïne-conflict en de jarenlange interne schending van de mensenrechten in Rusland. “De geschiedenis leert ons dat het verval van de democratische rechtsstaat en mensenrechten vaak een voorbode zijn voor geweld. We zien de mensenrechten in Rusland al jarenlang afkalven, waarbij kritische stemmen uit de weg worden geruimd en minderheden gewelddadig onderdrukt. Het conflict met de dehumanisering van Oekraïners in de Russische retoriek is daar de apotheose van. De bescherming van minderheden is een goede graadmeter. Als je ziet dat een bepaalde minderheid wordt gedemoniseerd, is dat vaak het begin van een groter intern conflict. In Myanmar werden de kiemen voor de genocide tegen de al decennialang onderdrukte Rohingya gezaaid in digitale haatgroepen op Facebook, waarna in 2017 etnische zuiveringen volgden met de steun van het leger.”
SNIPPERS 12 MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 UAntwerpen getuigt van kwaliteitscultuur Om de zes jaar wordt UAntwerpen, net als de andere universiteiten en hogescholen in Vlaanderen, doorgelicht door de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO). Het jongste rapport van deze onafhankelijke commissie is bijzonder positief. Waarop scoren we goed? De commissie looft vooral het grote engagement en enthousiasme bij studenten, docenten en alle andere medewerkers. UAntwerpen wordt gezien als een stabiele organisatie die beslissingen maakt waarbij alle betrokken partijen telkens worden geconsulteerd. Ook de toegankelijkheid van het onderwijs en het oog voor de (mentale) weerbaarheid van studenten wordt op prijs gesteld. “UAntwerpen getuigt van een echte kwaliteitscultuur en mag zichzelf terecht een lerende community noemen”, klinkt het onder meer. De universiteit is met glans geslaagd, al geeft NVAO wel nog enkele aanbevelingen. Ze roepen bijvoorbeeld op om nog vaker beroep te doen op vertegenwoordigers van het werkveld en academici uit buitenlandse instellingen. 17500 Op zondag 24 april vond de 36ste editie van de AG Antwerp Ten Miles plaats. Het werd een zonovergoten editie, waar 30 500 lopers aan deelnamen. Tussen die vele enthousiastelingen waren natuurlijk ook lopers van UAntwerpen en het UZA. De organisatoren van de Ten Miles selecteerden twee goede doelen: 17 500 euro gaat naar het Universiteitsfonds Antwerpen en naar de UZA Foundation om kankeronderzoek te ondersteunen. Universiteit krijgt award als topwerkgever Op donderdag 12 mei werd UAntwerpen beloond met een Randstad Employer Brand Award – de verkiezing van de beste werkgevers – tijdens een ceremonie in Kinepolis Antwerpen. De universiteit eindigde op de tweede plaats, na Handicap International, en is zo de best scorende universiteit in de non-profitlijst. De Employer Brand Award van Randstad is het resultaat van onderzoek in 31 landen, bij 6000 bedrijven. De trofee staat te blinken in de onthaalruimte van het Departement Personeel en Organisatie. Nieuws Het cijfer CNO strijdt tegen het lerarentekort Zit jij soms ook met de handen in het haar tijdens je eerste job in het onderwijs? Het Centrum Nascholing Onderwijs biedt een nieuw meerdaags nascholingstraject aan, speciaal voor startende leerkrachten die (nog) geen lerarendiploma op zak hebben. Het ‘Pasvoor-de-klas’-traject zet de ontwikkeling van een persoonlijke onderwijsaanpak centraal. De eerste editie van dit nieuwe initiatief was een groot succes. In de zomer staat daarom al een nieuwe editie gepland. cno.uantwerpen.be
SNIPPERS MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 13 “In de maanden mei en juni organiseerden we de Antwerp Short Course. De snelcursus is er speciaal voor studenten uit Oekraïne die recent naar Vlaanderen vluchtten. Het is immers niet omdat je moet vluchten voor oorlog in je thuisland dat je ook wegvlucht van het recht op onderwijs. Een combinatie van Nederlands en (academisch) Engels moet hen dan ook voorbereiden op een eventuele start in het Vlaamse hoger onderwijs in september 2022. Naast een acht weken durend taalbad werd er ook tijd gemaakt om de vluchteling-studenten te laten kennismaken met het Vlaamse onderwijssysteem, studentenstad Antwerpen en hun Vlaamse medestudenten. Ieder van hen brengt natuurlijk een eigen verhaal mee. Er is ook nog veel onzekerheid over hun nabije toekomst. Maar wat ze in deze cursus leren, zullen ze altijd kunnen gebruiken.” Parul Goel International Students Office Het onderzoek van Marjolein Van Bavel is nooit saai. Het ene moment zit ze met haar neus in de archieven, het andere moment wordt ze in een wurggreep genomen voor een project over de geschiedenis van vrouwen in de gevechtssport. Marjolein is postdoc onderzoeker aan het Departement Geschiedenis. Ze is voornamelijk geïnteresseerd in vrouwen die sociale en lichamelijke normen ‘overtreden’. Vrouwen die weigeren om te doen wat van hen verwacht wordt, vindt Marjolein fascinerend. “Ik vertrek steeds vanuit de vraag wat vrouwen motiveert om tegen de stroom in te zwemmen en wat de consequenties zijn van hun gedrag.” Haar huidig onderzoek gaat over de evolutie van vrouwen in de bokssport en het worstelen in Mexico. In de jaren 1940 komt er in het land een verbod op boksende vrouwen, omdat dit niet strookt met het ideaalbeeld van de Mexicaanse vrouw als zachtaardige moeder. Het is dankzij de vrouwen die bleven vechten, dat deze verboden weer werden opgeheven. Het onderzoek is nog niet ten einde, maar Marjolein werd wel reeds genomineerd voor de publieksprijs van de EOS Pipet 2022. Vechtende vrouwen vallen in de prijzen Opinie “Oekraïnershebben recht oponderwijs” Beter voorbereid met de ijkingstoets Jaarlijks organiseren de vijf Vlaamse universiteiten ijkingstoetsen. Door deel te nemen aan een ijkingstoets krijg je een beter zicht op je wiskundige en wetenschappelijke kennis en vaardigheden. Zo weet je of je goed voorbereid bent voor de bacheloropleiding waarvoor je je wil inschrijven. De Universiteit Antwerpen test kandidaat-studenten met interesse voor een wetenschappelijke, economische of ingenieursopleiding. Sommige opleidingen verplichten een deelname aan de ijkingstoets, maar je resultaat is nooit bindend. IJkingstoetsen vinden tijdens de zomer plaats. Alle praktische informatie vind je op www.ijkingstoets.be In 60 seconden
HET DING 14 MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 TECHNOLOGIE “Fysieke objecten hebben een intrinsieke waarde die fundamenteel anders is dan hun digitale tegenhangers”, zegt Van Campenhout.
HET DING MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 15 “Ontwerpers denken met hun handen” De IBON-koffer van Samsonite doet alles anders, enkel doordat je hem anders opent. Voor medeontwerper Lukas Van Campenhout is het een voorbeeld van de Research through Designmethode, die het maakproces vóór de tekentafel en de theorie plaatst. Wat kunnen andere onderzoeksdomeinen nog leren van productontwikkelaars? TEKST JELLE HENNEMAN FOTO’S JESSE WILLEMS “De beste uitvindingen lijken zo eenvoudig dat je je afvraagt waarom er niemand eerder is opgekomen.” Lukas Van Campenhout , senior industrieel ontwerper bij Achilles Design en docent productontwikkeling, maakte deel uit van het ontwerpteam voor de nieuwe IBON-koffer van Samsonite. “De grote innovatie daarbij was gewoon het idee om de koffer dwars te splitsen, door het midden. In plaats van langs de kanten, zoals altijd. Die sluiting in het midden zorgt ervoor dat de koffer niet groter wordt als je hem opent, omdat de schelpen naar beneden klappen. Een klassieke koffer verdubbelt in grootte als je hem openslaat. Bovendien konden we zo een handvat in het midden van de koffer bevestigen, waardoor je hem gemakkelijk kan optillen en van kamer naar kamer meenemen. Een hele hulp bij het inpakken. Doordat de sluiting langs de zijkant wegviel, konden we daar handvaten plaatsen, wat hem ook weer veel mobieler maakt. Tenslotte ontwierpen we ook fixatiepanelen, die de inhoud van de koffer muurvast houden. Allemaal innovaties die voortkwamen door eens anders naar zo’n koffer te kijken.” Research through Design De IBON werd vorig jaar uitgebracht en staat voor zijn eerste reisseizoen na COVID-19. Maar voor de medeontwerper en alumnus van het Departement Productontwikkeling telt in de eerste plaats het ontwerpproces naar de IBON toe . “Dit was naar mijn mening een voorbeeld van een van mijn stokpaardjes: Research through Design, of onderzoek door ontwerp. Klassiek gebeurt dat omgekeerd: de onderzoeker werkt een theorie uit, een abstracte representatie van de werkelijkheid. Die gaat hij of zij vervolgens uittesten in een testopstelling. Een ontwerper doet dat niet. Die slaat aan het schetsen en ontwerpen en uitproberen, en komt zo tot onderzoek en innovatie. Wij maken iets, reflecteren Lukas Van Campenhout • Alumnus en docent productontwikkeling • Startte na een carrière als ontwerper een doctoraat in de productontwikkeling op UAntwerpen en in industrieel design aan de Technische Universiteit Eindhoven • Senior industrieel ontwerper en projectleider bij Achilles Design • Oprichter van Ground Eight, een ontwerperscollectief dat onderzoek doet volgens de Research through Design-methode
HET DING 16 MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 daarover – ‘Welke zijn de problemen die nu opduiken?’ – en maken dan verder.” “De Samsonite-koffer is niet gestart op de tekentafel, maar doordat iemand een witte tape dwars over een koffer plakte. Het is maar op dat moment dat je doorkrijgt dat met zo’n sluiting de koffer niet groter wordt als je hem opent. Het hele ontwerpproces van deze koffer omspant 20 tot 30 prototypes, die telkens een stuk van het onderzoeks- traject uitmaken. Ontwerpers denken niet, maar máken. Of beter, we denken met onze handen. Die wisselwerking tussen denken en maken zorgt voor een heel dynamisch onderzoeksproces. Een onderzoek doorheen de daad.” Academische context Van Campenhouts beschouwende kijk op het proces van ontwerpen leidde hem na een eerste carrière van vijftien jaar als ontwerper naar een doctoraat in productontwikkeling (Universiteit Antwerpen) en industrieel design (TU/Eindhoven). “Ik wilde gaan nadenken over mijn eigen handelen. Met het doctoraat ben ik maar gaan inzien hoe uniek ontwerpen is. De academische context die nu, met de integratie van de Faculteit Ontwerpwetenschappen in de universiteit, gecreëerd wordt rond productontwikkeling, is dan ook erg boeiend. Ik denk zeker dat het principe van Research through Design, of al doende onderzoeken, ook voor andere onderzoeksdomeinen interessant kan zijn. Denk maar aan geneeskunde of revalidatiewetenschappen.” Dematerialisatie Van Campenhouts eigen onderzoek spitst zich voor een groot deel toe op het thema van dematerialisatie, vanuit het perspectief van industrieel design. “Digitalisering is vandaag alomtegenwoordig, en bandeloos. Al wat kan gedigitaliseerd worden, wordt dat ook. Van muziek over boeken tot cash geld. Ik wil daar vragen bij stellen, omdat ik vind dat fysieke objecten een intrinsieke waarde hebben die fundamenteel anders is dan hun digitale tegenhangers.” “De digitalisering is een technologische evolutie, geen menselijke. Er wordt mij op dat vlak al wel eens nostalgie verweten, maar ik ben helemaal niet tegen digitale De digitalisering is bandeloos. Maar fysieke objecten hebben een intrinsieke waarde. We moeten ons afvragen wat we fysiek gaan houden. ‘We thinkwithour hands’ The new Samsonite IBON suitcase opens in the middle instead of along the sides. Lukas Van Campenhout, co-designer and lecturer in product development at UAntwerp, describes this idea as an example of the Research through Design method. Instead of working out an idea theoretically and then testing it – as scientists traditionally do – designers work from prototype to prototype. ‘We think with our hands. The suitcase didn’t emerge from the drawing board, but from someone sticking a tape across a suitcase. Then we realised that a suitcase that closes like this, doesn’t get bigger when you open it.’ stromen. Digitaal staat voor dynamisch, vloeiend, flexibel, enzovoort. Maar net zo goed staat fysiek voor iets persistent, voor traagheid. De vorm van een object, fysiek of digitaal, maakt wel degelijk iets uit. De vraag is dus: ‘Wat gaan we houden?’ En hoe kan industrieel ontwerp daar een rol in spelen?” Betaalmodule Zo is een van mijn ontwerpen een conceptuele betaalmodule, waarmee ik de betaalhandeling meer tastbaar wilde maken. Zodat gebruikers zich er meer bewust van waren dat ze een som geld betaalden. De betaling gebeurde nog steeds digitaal, niet met cash geld. Maar gebruikers in het onderzoek spraken van een groter momentum. Een aanzienlijk aantal participanten zei dat het conceptueel betaaltoestel hen meer het gevoel gaf van daadwerkelijk geld over te dragen en achter te laten. Dit zou erop kunnen wijzen dat wij een vorm van digitaal betalen kunnen bedenken, die de betaalhandeling minder abstract maakt en de betaler bewuster betrekt. Die fysieke omgang met digitale stromen vind ik erg interessant. Net als de studenten aan wie ik lesgeef overigens. Die begrijpen dat meteen.” E ·De koffer opent niet overlangs, maar in het midden. ·Open blijft de koffer even groot als gesloten. ·Naast grootte is ook de betere mobiliteit de sterkte van de koffer. ·Uitgebracht tijdens COVID begint de koffer zijn eerste echte reisseizoen. Samsonite IBON
MINDMAP MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 17 Coronaperiode Alles wat mijn collega’s en ik voordien gedaan hadden, bleek tijdens de coronacrisis heel zinvol. Het voelde alsof we ons een weg uit de crisis aan het berekenen waren. In het begin zat ik zo’n zestien uur per dag achter mijn computer. Nadien kroop ik op tijd in bed om genoeg te slapen en efficiënt te blijven. Met de modellen die we hadden, bleken we toch goed te zitten, achteraf gezien. In België hebben we best wat invloed gehad op beleidsmakers. Wij gaven de inzichten, zij namen de beslissingen. Ontwikkelt en gebruikt wiskundige en statistische methoden om epidemiologische vraagstukken op te lossen, aan UAntwerpen en UHasselt. Zo geeft hij inzicht in de verspreiding van infectieziekten. Literatuur Ik houd erg van de boeken van Kafka. Het Proces vind ik heel interessant, zeker vanuit het oogpunt van de pandemie. Dingen die gebeuren zonder reden en dan weer met een reden … Kafkaiaanse toestanden vind ik heel toepasselijk. Ze verklaren mij zot, maar soms neem ik op vakantie een boek mee over wiskunde, over de laatste stelling van Fermat bijvoorbeeld. Ik zou graag nog veel meer tijd hebben om me in dergelijke literatuur te verdiepen. Niel Hens Leiderschap Hoe een dynamiek in een groep ontstaat, vind ik heel boeiend. In het basket was ik vaak de kapitein, ik was voorzitter bij Herentals en nu geef ik leiding aan mensen aan UHasselt en UAntwerpen. Ik ben geen autoritaire leider, ik faciliteer eerder. Ik scoorde in het basket bijvoorbeeld niet altijd punten, maar de coach zei dat hij me toch niet had willen missen, omdat ik dingen mogelijk maakte voor een ander. Dat wordt niet altijd op dezelfde manier geapprecieerd als wanneer je topscoorder bent. Dat frustreert me niet, ik vind zulke dynamieken gewoon enorm interessant. Basketbal Meestal verschieten mensen als ze me zien, want ik ben 2m04. Vroeger heb ik veel gebasket, op een redelijk niveau. Ik ben afkomstig van Olen en speelde bij Herentals, Lier, Wilsele, Geel, Stevoort en opnieuw. Met Wilsele speelde ik kampioen in derde nationale. Ik kon mee naar tweede, maar dat was misschien te hoog gegrepen, want ik ben best blessuregevoelig. Het was ook een essentieel moment voor mijn doctoraat. Ik ben er niet rouwig om dat ik mijn studies op één zette, al ben ik blij dat basket nog deel uitmaakt van mijn leven. Ik ben dit jaar opnieuw begonnen, op veteranenniveau. Liefde voor statistiek In wiskunde zit veel schoonheid. Dat wiskunde inzichten kan bieden, vind ik fantastisch. In de middelbare school besteedde ik meer aandacht aan basket dan aan studeren, maar ik behaalde alsnog hoge punten. Toen ik wiskunde wilde gaan studeren, zag het toenmalige CLB dat niet in mij, maar dat motiveerde me des te meer. Na mijn studies aan de KU Leuven kreeg ik een assistentenpositie bij het Centrum voor Statistiek aan UHasselt en in de laatste fase van mijn doctoraat kwamen daar infectieziekten bij. Vandaag gebruik ik wiskunde om oplossingen aan te reiken voor reële problemen.
GRENSVERLEGGEND 18 MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 Wat vind je aan de Seine, op 315 kilometer in vogelvlucht van hier? Juist ja, de stad van de liefde: Parijs. Onze UAntwerpenaren? Die houden van Parijse terrasjes, het lekkere eten en het feit dat de Lichtstad zo werelds is. Stijn Oosterlynck Dit semester ben ik gastonderzoeker aan Sciences Po inParijs, waar ik aan een boek over groot- en natiestaten werk. Voor een stadsonderzoeker heeft Parijs dan ook veel te bieden. Ik verblijf vooral in het noorden en oosten van de stad, waar je de hele wereld tegenkomt. Het contrast met het rijke en exclusieve centrum is er dan ook groot. stijn.oosterlynck@uantwerpen.be Rani Vertongen Twee jaar geleden trok ik naar Parijs voor mijn scriptie. Ik werd er hartelijk ontvangen in de internationale residentie van de Cité Universitaire, danste met de locals langs de Seine en genoot van baguettes en crêpes. Ik moest even wennen aan de toeristische drukte, maar ook vandaag nog voelt een wandeling door de stad als thuiskomen. rani.vertongen@uantwerpen.be Parijs
GRENSVERLEGGEND MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 19 Milorad Milosevic Tien jaar geleden startten we een gezamenlijk masterprogramma in nanofysica met de Université Pierre et Marie Curie, de huidige Sorbonne, de bekendste universiteit van Parijs. Ze hebben daar in de eerste plaats een enorme wetenschappelijke traditie: twee Nobelprijswinnaars voor natuurkunde, veertien Claudia Verheyen Parijs is voormij letterlijk de stad van de liefde, want het is de thuisstad vanmijn verloofde. We houden er allebei van om terrasjes te doen en uit eten te gaan. Mijn partner is ook verzot op Belgisch bier. Ik voel me goed thuis in Parijs, al mis ik er wel de coole industriële sfeer en de compactheid van Antwerpen … en de frietjes natuurlijk. claudia.verheyen@uantwerpen.be in de wetenschappen. Dat behoeft geen uitleg. Maar uiteraard is het ook leuk om geregeld naar Parijs te trekken voor de talloze leuke bistro's in het bruisende Jussieu, de geweldige werkruimtemet uitzicht op de Seine, de Notre Dame, … Ook de open sfeer waarin iedereen zich welkom voelt, spreekt me enorm aan. milorad.milosevic@uantwerpen.be
HET DUO 20 MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 Het is een lijvig magnum opus geworden, het boek Nieuw België: een migratiegeschiedenis 1944-1978 van Tom Naegels, en dan is dit nog maar het eerste deel. Het doet, zeker wat de uitgebreide research betreft, wat denken aan Congo van David Van Reybrouck. Beide begenadigde historische schrijvers hebben zich gewaagd aan de synthese van een beladen stuk Belgische geschiedenis. In dit deel focust Naegels op de eerste 30 naoorlogse jaren, een manische periode van hoop, wederopbouw en economische groei, waarin de Belgen rijker en beter opgeleid werden dan ooit tevoren, met véél dank aan de vele gastarbeiders die het nieuwe België mee gestalte gaven. Meteen na de oorlog waren dat in de eerste plaats Duitse krijgsgevangenen die hier tewerkgesteld werden. Ook jonge, fitte Poolse en Hongaarse oorlogsvluchtelingen konden in ons land terecht, als ze tenminste bereid waren om in de steenkoolmijnen te werken. Na drie jaar konden de Duitsers naar huis en moest ons land op zoek naar andere arbeidskrachten. Daarvoor werd gekeken naar Italië dat al jaren met een arbeidsoverschot kampte. Ruim tien jaar hielden “Oplossing is ook na60 jaar nog niet gevonden” De oorlog tussen Rusland en Oekraïne brengt thema’s als vluchtelingen en migratie weer onder de aandacht en vooral: erg dichtbij. Tom Naegels (alumnus taal- en letterkunde) schreef onlangs het boek Nieuw België: een migratiegeschiedenis 1944-1978. Lore Van Praag is directeur van het Centrum voor Migratie en Interculturele Studies (CeMIS) aan onze universiteit. Volgens hen worden de Oekraïners gezien als ‘deserving refugees‘, waardoor er veel bereidheid is om hen op te vangen. TEKST KATRIEN VERREYKEN FOTO’S JESSE WILLEMS
HET DUO MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 21 IEDEREENTOELATEN “Er ismomenteel geendraagvlak omhetmigratiebeleid te versoepelen”,meent TomNaegels. Demografisch optimum Een van Lore Van Praags recentste onderzoeken is getiteld ‘Migratie als antwoord op klimaatverandering’: “Het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) suggereerde om mensen te laten migreren om klimaatproblemen op te lossen, maar dat werkt niet. Het zijn immers selectieve groepen die migreren, en bovendien worden vooral zwakkeren getroffen door klimaatrampen. Die hebben meestal de middelen niet om te migreren en blijven het liefst dicht bij huis.” “Het doet me denken aan de Volkerenbond na WO I”, vertelt Tom Naegels. “Die wilde op basis van het ‘demografisch optimum’ overbevolking en hongersnood aanpakken door een deel van de bevolking van een overbevolkt land naar een ander land met meer plek te brengen. Klinkt mooi en zou wellicht werken als alle mensen elkaar wederzijds accepteren, maar nú is zoiets vooral het recept voor conflict.”
HET DUO 22 MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 nationalistische beweging en de opkomst van extreemrechts, en voor de moeilijkheden in het onderwijs dat overspoeld werd met migrantenkinderen. Het boek geeft in dit eerste deel géén conclusies of oplossingen, maar biedt wél een veelzijdig beeld van België als migratieland met de nodige context en inzichten om het land vandaag te begrijpen. Boeiend in het licht van de vluchtelingen uit Oekraïne. Dé perfecte groep “De vluchtelingenstroom uit Oekraïne is veel groter dan elke andere instroom die België al gekend heeft”, weet Naegels. “Naar schatting zouden er zo’n 200 000 Oekraïners naar ons land komen. Ter vergelijking: vorig jaar dienden iets minder dan 26 000 mensen een verzoek in voor internationale bescherming, en dat was al een erg hoog cijfer. Maar in tegenstelling tot andere asielzoekers, die doorgaans van buiten Europa komen en andere religies en Italianen de Belgische steenkoolproductie op peil. Daarna sloot België akkoorden met Turkije en Marokko – vrienden van Europa – en organiseerde het zelf de immigratie: de gastarbeiders werden met bussen in het land van herkomst opgehaald. Zonder het te beseffen hadden ze een immense impact op economisch, demografisch, cultureel en politiek gebied, tot op vandaag. Complex migratieland Naegels geeft de onwetende Italianen en de hoopvolle Marokkanen en Turken in zijn boek een stem en maakt vooral duidelijk dat onze migratiegeschiedenis niet losstaat van de internationale politieke geschiedenis, met de Koude Oorlog, de dekolonisaties, de machtsstrijd in het Midden-Oosten en de Europese eenmaking op de achtergrond. Hij plaatst de ervaringen van de nieuwkomers naast die van de autochtone Belgen, heeft ook oog voor de spanningen in de Vlaamsgewoontes hebben, zien we de Oekraïners als dé perfecte groep vluchtelingen. “In het onderzoek naar migratie wordt er gesproken over de zogenaamde deserving refugees, ‘zij die het verdienen om opgevangen te worden’ in de ogen van de publieke opinie. De Oekraïners passen helemaal in dat beeld: ze hebben hun oorlog niet uitgelokt, ze hebben zich heel dapper getoond, het zijn vooral vrouwen en kinderen die zijn gevlucht, ze zijn christen, Europees…” “We mogen ons evenwel niet miskijken op die gelijkenissen die we op het eerste gezicht zien”, meent Lore Van Praag, directeur van het Centrum voor Migratie en Interculturele Studies (CeMIS). “Van de Oekraïense cultuur en geschiedenis weten we hoegenaamd niks. We beseffen ook te weinig wat het betekent om uit een oorlogssituatie te komen, met de nodige trauma’s tot gevolg. Ik vrees dat als mensen ervan uitgaan dat de Oekraïners BETER DOEN? “Het voordeel is dat de Oekraïners allemaal op ongeveer eenzelfde moment komen, met eenzelfde migratietraject”, zegt Lore Van Praag.
HET DUO MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 23 expertengroepen gevormd en resoluties geschreven, en pas in 1976 gingen er in Genk drie pilootprojecten van start met bicultureel onderwijs.” Terug naar huis “Als mogelijke verklaring waarom er pas zo laat werd geïnvesteerd in die migrantenkinderen, wordt vaak aangehaald dat ze hier toch maar tijdelijk zouden blijven”, aldus Van Praag. “Er werd in het begin zelfs onderwijs in hun eigen taal en cultuur gegeven, om snel weer te kunnen integreren in hun thuisland.” “De meeste mensen dachten inderdaad dat de gastarbeiders hier maar tijdelijk waren, maar in de beleidsteksten van die tijd lees je tóch dat er al op lange termijn werd gedacht”, vertelt Naegels. “Om die reden is de gezinshereniging ingevoerd, om hen te verankeren. Men besefte ook dat integratiebeleid nodig was, alleen hinkte dat op twee benen: de ene keer lag de nadruk op snelle assimilatie, dan weer op behoud van culturele eigenheid. Het biculturele onderwijs van de jaren 1980 ging ervan uit dat migrantenjongeren zich beter zouden integreren als ze ook hun eigen taal en cultuur aangeleerd kregen. In de jaren 1990 kwam er dan wéér een beleidsshift: men vreesde dat ‘eigen taal en cultuur’ de segregatie in de hand werkte, en de focus werd opnieuw gelegd op assimilatie.” Eens migrant, altijd migrant Dé ideale oplossing is na 60 jaar nog niet gevonden, en ook dát is stuitend, vindt Naegels: “Hoe zorg je ervoor dat migranten zo goed en zo snel mogelijk aansluiting vinden bij de rest van de samenleving? Die vraag stellen we ons echt al héél lang.” “Ons denken over migratie is wél wat veranderd doorheen de jaren”, vindt Van Praag. helemaal hetzelfde zijn als zij en dat blijkt niet zo, dat dat tot frustratie en teleurstelling zal leiden.” Integratieparadox “Er bestaat ook nog zoiets als de integratieparadox”, vertelt Naegels. “Hoe meer een vluchtelingengroep integreert, hoe meer contact ze krijgt met de autochtone bevolking en hoe meer kans op conflict. Oekraïense vrouwen en kinderen zullen automatisch meer contact hebben met onze bevolking, omdat de kinderen naar school zullen gaan, en de moeders aan de schoolpoort staan. Maar voorlopig is er wereldwijde bereidheid om de Oekraïners op te vangen. Als die sympathie aanhoudt, kan het lukken. Zelfs Vlaams Belang veranderde zijn discours toen de partij zag op hoeveel sympathie de Oekraïners konden rekenen. Vanaf nu zijn zij de ‘goede vluchtelingen’ en moet de rest buiten, om plaats te maken voor hen. Ik vond die omslag echt verbijsterend.” “Het idee van de deserving refugees wordt momenteel erg uitgebuit”, stelt ook Van Praag vast. “Toch spijtig dat je die gelijkenissen moet hebben om als ‘goede’ vluchteling bestempeld te worden. Hongersnood of droogte lijken me immers ook goede redenen om te vluchten, maar die mensen worden in de regel minder hartelijk onthaald, omdat het lijkt dat ze hier vooral om economische redenen komen. Ook lijkt het me problematisch dat er een onderscheid gemaakt wordt binnen de groep vluchtelingen naargelang de regio waar ze vandaan komen of de huidskleur die ze hebben.” “Ja, je vraagt je af hoe het komt dat sommige mensen de he le we re l d mogen a f re i zen en overal welkom zijn, en andere helemaal nergens”, vindt ook Naegels. “Er is momenteel geen draagvlak om het migratiebeleid te versoepelen. Het overgrote deel van de bevolking zou ‘nee’ zeggen als we om het even wie hier zouden toelaten.” Onaangepast onderwijs Als het gaat over integreren, wordt het onderwijs vaak gezien als dé motor voor integratie. Toch zien we daar nog ongelijkheden en een gebrek aan inclusief onderwijs. Uit Naegels’ migratieboek blijkt dat er de eerste 30 jaar na WO II nooit echt geïnvesteerd is in aangepast onderwijs voor de vele migrantenkinderen, hoewel rapporten uit 1962 al waarschuwden voor het ontstaan van een ‘intellectueel onderontwikkelde klasse’. Een slechte geest zou denken dat die achterstelling doelbewust was. Want stel dat we die eerste migrantenkinderen van het begin hadden ondersteund met gelijke onderwijskansen, dan waren die misschien dokter, architect of ingenieur geworden. Maar dat zijn jobs die de bevolking van Belgische afkomst graag zelf wilde invullen. Wie zou er dan nog de steenkool uit de mijnen halen of de straten plaveien? “Het onderwijs is inderdaad volledig aan zijn lot overgelaten”, aldus Naegels, “maar ik denk niet dat het een doelbewuste politiek was om de migrantenkinderen in de onderklasse te houden. Het onderwijs was gewoon lang niet de grootste prioriteit. Je zat ook met een erg diverse instroom: sommige kinderen hadden nog nooit onderwijs gehad, waren vaak analfabeet, werden dan allemaal – ongeacht hun leeftijd – in het eerste leerjaar gedumpt om eerst zo snel mogelijk Nederlands op te pikken. Pas in de jaren 1970 werden er op Europees niveau Hoe meer een vluchtelingengroep integreert, hoe meer contact ze krijgt met de autochtone bevolking en hoe meer kans op conflict. Tom Naegels
24 MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 43.2022 HET DUO “Vroeger focusten we op het anders-zijn als oorzaak van een slechte integratie – andere cultuur, andere taal, andere waarden – maar nu weten we dat het zeker niet alleen daaraan ligt. Er is nu ook aandacht voor de factor discriminatie, voor een verschil in sociale klassen, voor religie… Dat tweede- en derdegeneratiemigranten nog stééds minder goed presteren op school, kan je immers niet meer louter wijten aan het feit dat ze de taal niet kennen of niet weten hoe onze maatschappij functioneert. Het ligt óók aan het feit dat ze vaak nog als ‘migranten’ bestempeld worden en te maken krijgen met discriminatie in al haar vormen.” ‘One size fits all’ Kunnen we het deze keer met de Oekraïense vluchtelingen beter doen? Van Praag meent alvast van wel: “Het voordeel is dat ze allemaal op ongeveer eenzelfde moment komen, met eenzelfde migratietraject, waardoor je ze gemakkelijker als één groep kan ondersteunen, met de juiste vertalingen en kennis over de werking van de samenleving. Het discours dat je vaak hoort, is ‘Iedereen wil altijd maar komen!’, maar dat is onjuist.” “De herverdeling van vluchtelingen over de verschillende landen is weliswaar een logisamen met heel wat randvoorwaarden die op elkaar inspelen.” “Ik vind het vooral boeiend om te zien wat men in de loop van de geschiedenis al allemaal geprobeerd heeft en hoe dat toch andere resultaten heeft opgeleverd dan verhoopt”, besluit Naegels. “Mijn uitgangspunt als historisch schrijver is dat de uitkomst altijd anders is dan verwacht, omdat je ingrijpt in een erg complexe maatschappij. Ik wil in de eerste plaats: begrijpen.” ‘GOEDE’ VLUCHTELINGEN “Zelfs Vlaams Belang veranderde zijn discours toen de partij zag op hoeveel sympathie de Oekraïners konden rekenen”, zegt Tom Naegels. sche reflex om de druk gelijk te spreiden, maar gaat voorbij aan de verlangens van de vluchtelingen om niet te ver van huis te gaan, om indien mogelijk snel te kunnen terugkeren. Wat onze migratiegeschiedenis ons tot dusver geleerd heeft, is dat het adagium ‘one size fits all’ niet opgaat. Om integratie te vergemakkelijken, moeten we kijken naar de individuele situaties en contexten. Er zijn heel wat praktische toolboxen om met migratie om te gaan, maar het succes ervan hangt Ukrainians are ‘deserving refugees’ Tom Naegels (language and literature alumnus) recently wrote the book Nieuw België: een migratiegeschiedenis 1944–1978 (New Belgium: a migration history 1944–1978) and Lore Van Praag is director of the Centre for Migration and Intercultural Studies (CeMIS) at our university. According to them, Ukrainians are seen as ‘deserving refugees’, so there is a lot of willingness to host them. This is very important because our migration policy has not evolved much over the past 60 years. ‘Compared to Turks and Moroccans who came to Belgium as guest workers in the 1960s, with a different religion, culture and language, the Ukrainians are the perfect refugees for most Belgians’, Naegels states. ‘However, we should not misinterpret the similarities we see at first sight’, Lore Van Praag believes. ‘We know nothing of Ukrainian culture and history. We also do not realise what it’s like to flee from a war situation. I fear that if people assume that Ukrainians are the exactly same as them and it turns out not to be so, it will lead to frustration and disappointment.’ Even after 60 years, there is still no ideal migration solution. Naegels finds this shocking: ‘All this time, education for migrants has been left to its own devices.’ ‘Second and third-generation migrants also still perform less well in school’, Van Praag notes. ‘Isn’t it time for us to take a critical look at the education system as it is today?’ E
RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=