MUA39

HET DUO HET DUO MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 39.2021 23 22 MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 39.2021 Corona- en kankervaccins “Vaccineren tegen corona is eigenlijk ook een vorm van immuuntherapie”, weet Evelien. “Bij de dendritische celtherapie vaccineren we de patiënten tegen hun kanker. We maken dus een kankervaccin . De RNA-vaccins – waar nu heel wat om te doen is – kennen wij al redelijk lang. Het koppel dat bij BioNtech/ Pfizer het RNA-coronavaccin ontwikkelde, Uğur Şahin en Özlem Türeci, kennen we al jaren als trekkers in de wereld van de kankerimmuuntherapie. Dat RNA-vaccin is echt niet zo nieuw. We hebben zelf ook al jaren ervaring met het gebruik van RNA in onze kankervaccins. In Antwerpen is de eerste patiënt in 2005 gevaccineerd met een kankervaccin van dendritische cellen met RNA. Door corona en de grote fase 3-studies zijn we nu een stap verder met die RNA- vaccins. Anderzijds is de ontwikkeling van dat soort coronavaccins zo snel kunnen gaan omdat er in kankerimmuuntherapie al veel kennis over RNA-vaccins was opgebouwd.” “RNA is de genetische code voor het eiwit waarop je wil dat het immuunsysteem rea- geert”, legt Eva uit. “Die code kan je relatief gemakkelijk en snel in een labo aanpassen. Wij gebruiken al jaren mRNA door cellen uit de patiënt te nemen, die cellen in het labo- ratorium een mRNA-behandeling te geven en ze dan terug te geven aan de patiënt. Die RNA-vaccins zijn een gat in de markt, want je kan daarmee onafhankelijk van virusdeeltjes inspelen op variaties. Als je vaccins gebruikt waar echte virusdeeltjes in zitten, moet je die virussen eerst kweken in een labo, wat veel tijdrovender is.” Nog gelijkenissen “En er zijn nog gelijkenissen tussen de coronapatiënten en onze kankerpati- we een bepaald eiwit gekozen dat op veel kankercellen in verschillende kankertypes aanwezig is, maar helaas niet in alle types. Een andere strategie is om met medicijnen een rem van het immuunsysteem af te zetten. Maar niet in elke tumor zit die rem of dat specifieke eiwit, en dan lukt het helaas niet.” “Zo weten we inmiddels dat bij pancreaskan- ker en de meerderheid van de dikkedarm- kankers onze immuuntherapie op basis van medicijnen niet werkt. We denken dat dat komt omdat er rond die kankercellen veel bindweefsel zit dat het immuunsysteem erg onderdrukt. Als we de reden vinden waarom een bepaalde piste niet werkt, kunnen we onderzoeken hoe we dat obstakel uit de weg kunnen ruimen. Momenteel is een deel van de oplossing betere combinaties van bestaande behandelingen maken, of kijken of we in de je grijpt om zieke cellen te doden, hoe meer kans op succes. Waar chemotherapie als het ware met een kanon op een mug schiet, met soms een vrij grote collateral damage , is immuuntherapie eerder een precisiegeweer, klaar om de kankercel heel precies te raken.” Niet voor iedereen Door de recente doorbraken en de toekenning van de Nobelprijs Geneeskunde in 2018 aan twee immunologen – de Amerikaan James Allison en de Japanner Tasuku Honjo – voor hun onderzoekswerk naar immunothera- pie, vragen heel wat patiënten deze therapie voor hun behandeling. Helaas is immuun­ therapie nog niet voor elke patiënt mogelijk. “We werken eraan om deze behandeling zo breed mogelijk toepasbaar te maken”, vertelt Evelien. “Voor de celtherapiestrategie hebben tumor of zijn omgeving nieuwe doelwitten voor de therapie kunnen vinden.” Gepersonaliseerde kankertherapie “Waar we in Antwerpen erg op inzetten, is gepersonaliseerde geneeskunde: patiënt per patiënt bekijken wat de beste strategie is”, aldus Eva. “We zoeken naar eiwitten die in zoveel mogelijk kankers aanwezig zijn en belangrijk zijn in de tumorontwikkeling. De aanwezigheid van het eiwit in een bepaalde patiënt kunnen we meten. Op die manier kunnen we onze huidige therapieën aan- passen of combineren. Onze strategie is erg moduleerbaar. We kunnen er gemak- kelijk andere doelwitten insteken, maar dan moeten we die eerst wel kennen.” Immuuntherapie in academisch onderzoek wordt momenteel vooral ingezet voor agres- MULTIDISCIPLINAIR “Het nauwe contact tussen artsen en biomedische onderzoekers is de sterkte van Antwerpen”, meent Evelien ( l .). sieve en moeilijk behandelbare kankers bij patiënten waar de huidige therapieën falen. “De bedoeling daar is vooral om de levensduur en de levens- kwaliteit van kankerpatiënten te verbeteren”, vertelt Eva. “Kanker volledig genezen is niet altijd mogelijk, maar als we erin slagen om het leven van die patiënten op een kwa- litatieve manier te verlengen, dan beantwoordt dat aan een behoefte van patiënten. Bepaalde immuuntherapieën bouwen ook geheugen op: we leren het immuunsysteem dat het bij een volgende confronta- tie met de kankercellen moet reageren. In een eerste fase zijn we met de dendritische cellen begonnen – de zogenaamde generaals van ons immuun- systeem die de bevelen uitde- len. Nu zijn we bezig om ook de soldaten – de uitvoerende T-cellen – uit te rusten met gereedschappen om kankercellen beter te bestrijden.” Chemo weg Zijn er risico’s of bijwerkingen verbonden aan immuuntherapieën? Dat hangt af van het soort immuuntherapie. “De ene patiënt reageert heviger dan de andere”, weet Evelien. “Nevenwerkingen hebben te maken met een overactief immuunsysteem dat zich ook tegen gezonde cellen gaat richten, waardoor ont- stekingen optreden. We leren voortdurend bij over hoe daarmee om te gaan. Zo kunnen corticosteroïden alvast helpen bij medicina- le bijwerkingen. Nog een gevaar is dat er resistentie zou kunnen optreden, zoals dat ook al bij chemobehandelingen het geval is. Na verloop van tijd kan de tumor immers strategieën ontwikkelen om de therapieën te ontlopen. Ook daar leren we voortdurend bij.” “Therapiecombinaties werken voorlopig nog altijd het beste”, weet Eva. “Immuuntherapie heeft trouwens vaak het meeste effect als het grootste deel van de tumor al weggenomen is met chemo of een operatie. Jouw leger moet zo groot mogelijk zijn ten aanzien van het leger van de tumor.” “Maar bij bepaalde kankers heeft immuun- therapie met medicijnen de chemo wel al vervangen”, vult Evelien aan. “De grootste doorbraak zien we bij uitgezaaide huidkanker, waar klassieke chemo niet meer de eerste behandeling is. Ook bij uitgezaaide longkanker evolueren we langzaam naar minder chemo en meer immuuntherapie. Voor een bepaald type longvlieskanker werkt immuuntherapie even goed of zelfs beter dan de standaard chemobehandeling. In de toekomst denk ik dat die agressievere kanontherapieënmeer en meer zullen plaatsmaken voor meer gerichte therapieën.” Kruisbestuivingen “Academische onderzoekers als wij leveren basiswerk dat interessant is om in het zieken- huis verder te onderzoeken”, aldus Evelien. “Er zijn in principe meer behandelcombinaties mogelijk dan er patiënten bestaan, dus het is aan ons om slimme keuzes te maken. Met de oprichting van het onderzoekscentrumCORE hebben we alle kankeronderzoekers uit de verschillende disciplines verenigd: specialis- ten in onderzoek op molecule-, eiwit-, cel- en weefselniveau. Het is ook belangrijk dat we de biomedische onderzoekers koppelen aan de arts-onderzoekers, zodat de artsen goed kunnen aangeven waar de behoeftes in het ziekenhuis liggen en we met alle onderzoe- kers samen daarop kunnen inspelen. Dat nauwe contact tussen artsen en biomedi- sche onderzoekers is de absolute sterkte van Antwerpen.” Als we van kanker een chronische ziekte kunnen maken waarmee goed te leven valt, is dat al een stap vooruit. Eva Lion

RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=