MUA33
DE UITDAGING 44 MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 33.2019 bij een allergische reactie tijdens een opera- tie”, vertelt Didier Ebo. “En of het wel de moei- te loonde om daar energie in te steken, want een gemiddelde anesthesist werd toch niet meer dan een paar keer in zijn leven gecon- fronteerd met een allergie op de operatietafel. Dat triggerde me en ik besloot zélf onder- zoek te gaan doen. Ik schuimde de Vlaamse ziekenhuizen af en vroeg anesthesisten om alle patiënten die een mogelijke allergische reactie tijdens anesthesie doormaakten, door te verwijzen. Ondertussen zitten er ongeveer 800 patiënten in de databank.” Broodnodig bewustzijn Ebo vindt het absoluut wél de moeite dat anesthesisten en operatieverpleegkundigen opgeleid worden om allergische reacties snel te herkennen en er juist op te reageren. “Bij twee van de drie allergische reacties gaat het om iets ernstigs. Bij een op de vijf patiënten die zo’n ernstige reactie doormaken, komt het tot een reanimatie. En in vier op de tien gevallen moet de chirurg de operatie stopzetten. Bij acute of levensreddende ingrepen is dat een groot probleem, want de pati- ënt moet sowieso opnieuw onder het mes en dat kan pas als de oorzaak van zijn allergische reactie is gevonden. Vroeger werd er in dat geval gewoon beslist om geheel andere medicatie te gebruiken, maar dat wilde zeggen dat je dan de héle cocktail aan slaap- en pijnmedicatie, spierontspanners, antibiotica en dergelijke moest aanpassen, omdat je niet precies wist wat de oorzaak was. Bovendien zijn er niet altijd geschikte alternatieve medicijnen voorhanden. En bij kruisreactiviteit kan een patiënt altijd nog allergisch reageren op een product dat dicht bij het eerste aanleunt.” Opmerkelijke resultaten Didier Ebo en zijn medewerkers vragen bij elk vermoeden van een allergische reactie tijdens verdoving een gedetailleerd verslag van de betrokken anesthesist en de chirurg aan de hand van een vragenlijst, en vragen ook om – als de patiënt weer stabiel is – zijn of haar bloed te testen op de stof tryptase. Een stijging van die stof wijst op een over- gevoeligheidsreactie, meestal een allergie. Zo kan aan de meeste patiënten een aller- giekaart overhandigd worden, met daarop de producten waarvoor ze allergisch zijn en welke alternatieven geschikt zijn. Wat waren de meest opvallende resultaten uit het grootschalige onderzoek? “Ten eerste dat het niet correct is om alleen de patiënten door te verwijzen die ernstig gereageerd hebben. Was er sprake van een ernstige reactie, dan vinden we in bijna 90 procent van de gevallen de oorzaak. Dat is erg veel. Maar ook bij patiënten met een milde reactie vinden we bij meer dan de helft een aller- gie. Ook dubbele allergieën komen geregeld voor, dus stop niet meteen met zoeken als je één mogelijke oorzaak voor de allergie hebt gevonden. Dat is meteen de tweede belangrijke bevinding.” Nieuwe tests Ebo stelde vast dat vooral spierontspannende medicatie, antibiotica, latex en het ontsmet- tingsmiddel chloorhexidine de boosdoeners zijn. “Door alle patiënten van de voorbije twin- tig jaar opnieuw te contacteren met de vraag of ze nadien nog een nieuwe operatie hadden ondergaan met mogelijk nieuwe allergische reacties, bleek dit gelukkig slechts bij een drietal patiënten het geval. Alle drie reageer- den zij allergisch op chloorhexidine, aanwezig op katheders of in gels. We hadden dus sinds onze registratie geen diagnose gemist.” “De ultieme test om na te gaan of een pati- ënt een geneesmiddel verdraagt, is de pro- Een centre of excellence worden, dat zou de kers op de taart zijn. A global centre of expertise on allergies in Antwerp More and more people are suffering from some type of allergy. Allergic reactions under general anaesthesia are increasing as well. Problems occur in 1 of every 10,000 operations, affecting approximately 75-100 Belgians each year. Substances that can cause allergic reactions include sleeping and pain medications, muscle relaxants, antibiotics, latex gloves and disinfectants. The symptoms range from redness, swollen lips or hives to a sudden drop in blood pressure, constricted airways or even cardiac arrest. Didier Ebo, a professor in the Faculty of Medicine and Health Sciences and the adjunct head of the Allergology Department at Antwerp University Hospital, has specialised in the diagnosis of allergic reactions during surgery since 2000. After 20 years of research, he is equipped with extensive expertise and a databank containing information on nearly 800 patients from throughout the country. This will make Antwerp’s Allergology Department the most prominent centre of expertise in Belgium and, soon, a centre of excellence within the World Allergy Organization (WAO). In addition to referring patients who have experienced serious reactions on the operating table, Ebo considers it important to refer patients with mild reactions, as the causes can often be identified in these cases as well. Muscle-relaxing medications, antibiotics, latex and the disinfectant chlorhexidine are amongst the greatest culprits in allergic reactions. The exten- sive databank has made it possible for Ebo and his colleagues to develop the basophil-activa- tion test, amongst other accomplishments. The expertise in Antwerp has not gone without recognition abroad. Since last year, Ebo and his colleague, Vito Sabato, have served in the ISPAR (International Suspected Perioperative Allergic Reaction) group, which is charged with establishing worldwide guidelines for allergic reactions to anaesthesia. E
RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=