MUA32

HET DUO MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 32.2019 23 (re)productie, ziekteleer, therapie en zoölogie. Drie jaar hand, twee jaar hoofd dus, net het omgekeerde van wat we nu doen.” Kruisbestuivingen Aan de ene kant zien de twee professoren aan de universiteit meer vakspecialisatie die interdisciplinariteit fnuikt, aan de andere kant zien ze ook wel wat vruchtbare kruisbe- stuivingen tussen de humane en de exacte wetenschappen. “Kunst en wetenschap is gelukkig een pad dat weer vaak bewandeld wordt”, weet Bols. “Ik denk bijvoorbeeld aan de Europese asso- ciatie voor medische en wetenschappelijke illustratoren. Klinisch hematoloog Ann Van de Velde en orthopedist Francis Van Glabbeek (UZA) ondersteunen bijvoorbeeld doctoraten in de kunsten en kunst-wetenschapspro- jecten allerhande. En kunstenaar Koen Van Mechelen heeft samen met gynaecoloog WillemOmbelet The Walking Egg Foundation opgericht, met als doel fertiliteitszorg ook beschikbaar te maken voor minderbedeelde mensen in ontwikkelingslanden.” “Samenwerkingen tussen filosofen en neuro- logen zijn vaak ook interessant”, vindt De Munck. “In de neurologie en de filosofie van de geest komt de wereld van de hardware en de software samen. Waar houdt het biologi- sche aspect op en begint het culturele? Je zou denken dat de filosofie in de interactie met natuurwetenschappers vandaag onder druk staat, maar ik maak me sterk dat humane wetenschappen altijd een meerwaarde zullen hebben, al was het maar omdat wetenschap altijd een taal nodig heeft.” Peter Bols kreeg op voordracht van de Faculteit Diergeneeskunde van UGent de Terugblikken leert je realis- tisch te zijn over wat wenselijk én haalbaar is. Een student die begrijpt hoe de dierlijke productie is geëvolueerd, zal bijvoorbeeld extreem antibioti- cagebruik kunnen plaatsen en tegelijkertijd begrijpen dat het terugdringen ervan een traag maar noodzakelijk proces is.” Word je een betere dierenarts als je je geschiedenis kent? “Je wordt vooral een beter mens”, denkt Bols. “Je kan je beter wapenen tegen fake news , je weet in welke context dingen zich ontwikkeld hebben en je beseft dat sommige principes niet van gisteren zijn, en dat er een te koesteren traditie bestaat.” Kennis van het hoofd Historische diergenees- kunde is terra incognita in België, maar in Frankrijk en de Angelsaksische gebieden leeft de discipline wél. “Dat komt wellicht omdat de moderne veeartsenij net haar uiteindelijke vorm heeft gekregen in Frankrijk. De veterinaire praktijk gaat terug tot de Egyptenaren, maar Claude Bourgelat heeft de opleiding tot dierenarts in Frankrijk geïnstitutionaliseerd. De diergeneeskun- de was tot dan toe vooral een zintuiglijke wetenschap, heel intuïtief, uitgevoerd door ambachtslui.” “Wist je dat er tot in de 15de eeuw amper een verschil werd gemaakt tussen ‘geest’ en ‘hand’?”, vult De Munck aan. “Ik heb altijd onderzoek gedaan naar ambachtslui, die dus met hun handen werkten. Pas tijdens de renaissance en de wetenschappelijke revo- lutie is de kennis van het hoofd superieur geworden.” “Tijdens de tweede helft van de 18de eeuw had je wel nog die revolutionaire Encyclopédie des sciences, des arts et des métiers van Denis Diderot en Jean d’Alembert die het metier, de handenar- beid centraal stelden”, aldus Bols. “Dat was inderdaad een soort lofzang op het metier”, knikt De Munck. “Maar de han- denarbeiders waren daarin wel al gereduceerd tot gesofisticeer- de robots. In de 15de-16de eeuw kon je nog claimen met je handen toegang te hebben tot waarheid – Gods waarheid. God was immanent in de dingen, en toegang tot Gods almachtige wijsheid was zowel via dingen als via woordenmogelijk. Dergelijke inzichten zijn erg beïnvloed door de Franse filosoof Michel Foucault, die in De archeologie van het weten de historische evolutie beschreef van hoe je op een legitieme wijze tot waarheidsaan- spraken kan komen. In de 18de eeuw kon je tot de waarheid komen door de dingen te classificeren, door een representatie te cre- ëren. Dat sluit al dichter aan bij onze huidige manier van denken.” Napoleon “Dat is ook wat Napoleon probeerde te doen met zijn décret impérial uit 1813”, vertelt Bols. “Hij wilde van de zintuiglijke veeartsenij een ‘ware wetenschap’ maken die ten dienste stond van zijn legers. Dat deed hij in de eerste plaats met een plan om het aantal veeart- senijscholen stevig uit te breiden. Napoleon had wel veeartsen in zijn cavalerie, maar die waren soms in hun eentje verantwoordelijk voor duizenden paarden, zonder farmaca of anesthetica ter beschikking. Op zijn fatale veldtocht naar Moskou verloor Napoleon naar schatting 150 000 paarden, meestal door kou, ontbering, infecties en gebrek aan water. Het noopte hem tot een grondige hervorming van de opleiding van veeartsen. In zijn décret impérial voerde hij het bachelor-mastersys- teem avant la lettre in. De eerste drie jaren waren praktisch, de twee bijkomende jaren meer theoretisch, gericht op kennis over Ik geloof er sterk in dat we- tenschap beter wordt door de grenzen van je eigen discipline te overstijgen. Bert De Munck

RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=