MUA31

COVERVERHAAL 8 MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 31.2019 T ja, hoe gaat dat allemaal”, mij- mert Karen Van Godtsenhoven. “Ik had literatuur gestudeerd en wilde heel graag in een universiteitsbib aan de slag. De studie biblio- theek- en informatiewetenschappen aan de Universiteit Antwerpen leende zich prima als voortraject. Ik heb daarna effectief twee jaar in de universiteitsbibliotheek in Gent gewerkt, op een Europees project. Daarnaast was ik al als modejournaliste – een persoonlijke pas- sie – werkzaam voor onder meer The Word Magazine in Brussel. De hoofdredactrice had aan de Delvaux-expo in het ModeMuseum in Antwerpen meegewerkt en zei me dat ik daar eens moest solliciteren voor de job van curator. Zo geschiedde.” Verschillen Karen Van Godtsenhoven bewaart niets dan goede herinneringen aan haar jaren in het MoMu. “Het was een heel mooie kans om daar curator te worden, een perfect samengaan van mijn passie en kunde. Alle ontwerpers, architecten en creatieven met wie ik gewerkt heb, zijn een stukje familie geworden. Ik heb veel nieuwe dingen kunnen proberen. Voor de laatste expo over Olivier Theyskens hebben we bijvoorbeeld de dag voor mijn vertrek naar New York nog een VR-filmpje gemaakt, een filmpje waarmee je virtueel door de expo kon lopen op de tonen van zijn stem.” Hoe ‘anders’ is het om te werken als cura- tor voor een Belgisch/Antwerps versus een Amerikaans modemuseum? “Het grote ver- schil tussen het MoMu en het Metropolitan Museum is dat het budget en de schaal in België veel beperkter zijn. In The Met zijn er meer dan 2000 mensen aan de slag, in het MoMu werkte ik met een klein team, moest ik veel zelf doen, en vaak ad hoc. Het was gezellig chao- tisch, en er kwam veel pas- sie en adrenaline bij kijken. The Met heeft een veel bre- der gedragen structuur, er wordt veel meer gepland en vergaderd, en er is minder ruimte voor impulsiviteit of lastminute-ideeën. De drive is heel tof, met een algemeen gedeeld enthousiasme voor het gezamenlijke project. The Met voelt voor mij als een uni- versiteit met de beste proffen ter wereld. Het is een groot plezier daar te kunnen wer- ken.” Big Apple Nochtans was verhuizen naar de Big Apple een moeilijke beslissing voor Karen. “Ik heb de aanbieding zes maanden lang afgehouden. Als je in Amerika om professione- le redenen naar een grote stad verhuist, zien ze dat als iets positiefs dat je moet omarmen. Amerikanen zijn individualistischer: je kiest gewoon wat het beste is voor je carrière. Hier in het kleine België zijn we toch meer ingebed in onze soci- ale omgeving, die het niet zo fijn vond dat ik zou vertrekken. Maar zo’n kans kon ik niet laten liggen. Ik kende het huis bovendien, ik was er in 2014 nog een maand voor archief­ onderzoek.” Het leven in New York is soms harder en moeilijker, vindt Karen, maar de men- sen staan positiever in het leven. “Terwijl je hier in België toch meer die klaagcultuur hebt, zijn de New Yorkers in de regel altijd blij en enthousiast. De Amerikaanse menta- liteit straalt echt die yes, you can! uit. Mensen proberen hier echt hun American Dream te realiseren. Niets is echt gemakkelijk, maar je krijgt wel veel terug voor je inspanningen.” Onderzoek & acquisities Wat houdt de job in het Costume Institute precies in? “Ik werk er onder hoofdcura- tor Andrew Bolton, met wie ik samen ten- Ik zou nog graag eens een grote expo organiseren over de garderobes van vrouwelijke artiesten.

RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=