MUA27

38 MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 27.2018 DOSSIER DOCTORAATSOPLEIDING de lat wordt bewust zo hoog gelegd. Volgens Hans Willems, UAntwerpen-alumnus en secretaris-generaal van het FWO, wijst onderzoek uit dat het ideale slaagpercentage voor beursaanvragen slechts op een derde ligt. “Laag genoeg om enkel de meest uitmuntende aanvragen te belonen”, aldus Willems. “En tegelijk hoog genoeg om kandidaten niet op voorhand al te ontmoedigen dat het toch niet zal lukken.” De explosieve stijging van het aan- tal doctorandi zet die situatie op scherp. Het aantal postdocs steeg niet in dezelfde mate mee, het aantal professoren stagneerde zelfs. Pionierswerk “Het is die trend die de universiteit er 25 jaar geleden toe noopte met een doctoraatsop- leiding te starten, om jonge onderzoekers vaardigheden aan te leren om hun docto- raat zo goed mogelijk aan te pakken én hen voor te bereiden op een carrière buiten de universiteit”, vertelt Eric Mathieu, de eerste coördinator van de doctoraatsopleiding en vandaag diensthoofd van de onderwijsad- ministratie. “Men ging ervan uit dat na al die studiejaren waarin specialisatie centraal stond, doctorandi gebaat waren met weer wat verbreding van hun vaardigheden.” Via het financieringsdecreet voor het hoger onderwijs van 1991 waren daar overheids- middelen voor vrijgekomen, en toenmalig rector Freddy Adams was het idee genegen. “Onze universiteit heeft daar gepionierd. Niet alleen door de opleiding te organiseren, maar ook door ze als eerste Vlaamse universiteit stapsgewijs verplicht te maken. Ik herinner me dat er toen veel tegenkanting bestond. Tegenstanders vonden dat onderzoekers moesten onderzoeken. Het aanleren van andere vaardigheden deden ze maar in hun vrije tijd. Maar toen jaren later de opleiding werd herbekeken, viel op dat de doctorandi zelf er voluit voor pleitten om ze in ieder geval te behouden.” Engagement “Tien jaar geleden werd dan beslist om het aanbod in de doctoraatsopleiding in een structureel kader in te bedden: de Antwerp Doctoral School”, vervolgen Erik Matthysen en Pieter Spooren, respectievelijk het acade- misch en bestuurlijk hoofd van deze dienst. “Er bestaat sindsdien een duidelijk compe- tentieprofiel, dat elke doctorandus in overleg H et besluit van dit gesprek met Erik Matthysen, Pieter Spooren en Eric Mathieu in het koloniale gebouw van UAntwerpen is eenduidig: “Het traject waarbij de meest getalenteerde stu- denten van een universiteit gingen doctoreren en vervolgens bijna automatisch professor werden, is vandaag verdwenen.” De cijfers liegen dan ook niet. Vorig jaar was het slaagpercentage om van het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek (FWO) een post- doctoraal mandaat te krijgen ongeveer 27 procent. Er zijn natuurlijk nog andere finan- cieringsmechanismen, maar het cijfer geeft wel een indicatie van hoe moeilijk het is om zelfs met een doctoraat op zak verder het academische pad te bewandelen. Meer nog, Doctoraatsopleiding was pionierswerk” Ondanks de aanvankelijke twijfels bleek het organiseren van een docto- raatsopleiding 25 jaar geleden een gouden zet. De intussen tot de Antwerp Doctoral School vervelde opleiding bereidde doctorandi voor op de twee grote uitdagingen van vandaag: als wetenschapper hun weg banen op het academisch pad, en gesterkt aan een loopbaan beginnen buiten de univer- siteit. “

RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=