MUA27

HET DING 16 MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 27.2018 Vanhauwaert is stadsdichteres in het poli- tieke jaar 2018. Mogen we politieke state- ments verwachten? “De politiek heeft me nooit geïnspireerd voor mijn poëzie, dus ik wil en ga me niet politiek opstellen. Politiek is voor mij in wezen een zoektocht naar hoe je kan samenleven. Al wordt het vandaag vooral geïnterpreteerd als ‘hoe kan ik zo sterk mogelijk kleur bekennen en mijn eigen mening doordrukken?’. Poëzie gaat juist niet over het innemen van een stelling. Het gaat over de ruimte daartussen, over hoe je alles vanuit verschillende perspectieven kan bekij- ken, bruggen kan slaan en beeldenmet elkaar kan verbinden die je nooit eerder verbond.” Witruimte Maud stelde haar eerste stadsgedicht voor met een originele actie. Ze liet een twintig- tal mensen, van kop tot teen in wit gehuld, een optocht houden op de Meir met witte borden zonder opschrift. “Ik wil de stad en haar bewoners vooral witruimte schenken. Ik heb het gevoel dat er eigenlijk al woorden genoeg zijn, zeker in Antwerpen. Het klinkt misschien paradoxaal, maar als liefhebber van het woord ben ik bang voor de groeien- de en allesoverheersende macht van het woord. Soms vrees ik dat dit de stad van ’t schelden wordt. Voor mij gaat ‘witruimte’ over de oningevulde dagen in een agenda, over al wat niet in een hokje te plaat- sen valt, over de ruimte voor verbeelding, daar waar de twijfel danst. Ik heb het over de momenten waarop we met verstomming zijn geslagen, over al dat waar geen woord voor bestaat.” Jong en zot Is een 34-jarige wel oud en wijs genoeg voor de rol van stadsdichteres? “Ik voel me als schrijver wel nog erg jong”, bekent Maud. “Ik heb het gevoel dat ik nog maar pas begonnen ben, en nog veel beter kan worden. Maar ik heb nu wel een soort zotte energie die me in staat stelt dingen te doen die ik over twintig jaar misschien niet meer zou doen. Zo zou ik graag de hele stad afwandelen en letterlijk in elke straat van Antwerpen poëzie willen brengen. Er werd me verteld dat dat 400 kilometer is en dat ik dan een maand non- stop aan het wandelen ben. Ik zou ook een poëzieprogramma willen dat op het meest oninteressante uur op de meest oninteres- sante plek wordt uitgezonden. Om 4 uur ’s nachts op een straathoek bijvoorbeeld. Een beetje als protest tegen het feit dat cultuur op tv vaak de meest onmogelijke tijdslots krijgt.” Onmacht van taal Een moeilijke evenwichtsoefening als stads- dichter is iets brengen voor een groot publiek en toch je artistieke eigenheid behouden, denkt Maud. “Kies je voor wat het meest zal opvallen en dus veel mensen bereikt, of voor een kleine- re doelgroep met een diepere impact? Ik zou tijdens mijn stadsdichterschap heel graag de meertaligheid in Antwerpen willen belichten. Ik denk bijvoorbeeld aan een grootschalige Chinese whispers : ik fluister een gedicht regel per regel in iemands oor, waarna die dat dan doorgeeft aan anderen. Zoals mijn witruimte- stoet een luidruchtigemanier van zwijgen was, zo wil ik het op een krachtige manier over de onmacht van taal hebben.” Ik zoek altijd erg de confrontatie op, ook al schrikt die me tegelijkertijd af. Maud Vanhauwaert is Antwerp’s new poet laureate, and in this capacity she wants to make a potent case for the impotence of language. “My aim is to offer the city and its people more white space. I feel like far too many things are being said already. To me, ‘white space’ means empty pages in a diary, the things that can’t be labelled or compartmentalised, and space for imagination, room for doubt.” E Mijn punt is eigenlijk. Momenteel loopt Mauds voorstelling ‘Mijn punt is eigenlijk.’ samen met muzikanten Geert Waegeman en Tom Kestens. “Ik ben eigenlijk enorm amuzikaal en ben me ook bewust van mijn zwakte. Maar dat houdt me niet tegen om een voorstelling te maken met twee muzikanten, én zelfs te zingen. Zij creëren een muzikale wereld waarin mijn tekst ingebed is.” Als hoofddocente Schrijven aan het Conservatorium begeleidt Maud heel wat studenten bij hun schrijfproces. “Ik zie een grote gelijkenis tussen lesgeven en optreden. Ik ervaar eenzelfde soort span- ning en energie, en er is altijd het verlan- gen naar ontmoeting, waarbij je iets kan delen met elkaar. Het begeleiden van het schrijfproces van mijn studenten is voor mij ook een vorm van schrijven. Het is de zoektocht naar hoe ik hen kan helpen hun eigen literaire stem te laten horen, zonder mijn eigen stem in hun teksten te laten weerklinken.” www.maudvanhauwaert.be

RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=