MUA27

HET DING MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 27.2018 15 Dichten over de onmacht van taal Onze universiteit is ‘leverancier’ van Antwerpse stadsdichters: na Peter Holvoet- Hanssen, Bernard Dewulf, Stijn Vranken en Maarten Inghels neemt nu alumna Maud Vanhauwaert die tweejarige taak op zich. Ze is de negende in rij, en de tweede vrouw: jong en onstuimig, dansend en twijfelend. TEKST KATRIEN VERREYKEN FOTO’S JESSE WILLEMS D i e h o e v e e l h e i d UAntwerpen-poëten v e r wo n d e r t Ma u d Vanhauwaert eigenlijk niet. “Er zullen wellicht dichters zijn die zon- der enige academische bagage hun eigen poëtica ontwikkelen, maar zelf ben ik een samenraapsel van wat ik aangereikt heb gekregen. Ik ben voorzichtig met het woord ‘talent’. Ik ben de optelsom van de ontmoe- tingen die ik heb gehad, de colleges die ik heb gevolgd en de schitterende boeken die ik heb gelezen. Daar ben ik veel mensen erkentelijk voor.” Notoire nummer 1 Tom Lanoye vond dat een beetje grootheidswaanzin een Antwerpse stadsdichter niet vreemd mocht zijn, maar Maud ziet zichzelf eerder als een ‘twijfelend hoopje’. “In mijn voorstellingen vind ik net in het tonen van mijn kwetsbaarheid mijn theatrale kracht. Ik probeer in mijn werk en op het podium op zoek te gaan naar authen- ticiteit. Als je eerlijk en authentiek voor je publiek staat, kan je je bijzonder veel per- mitteren.” Poëzie als de allerindividueelste expressie van de allerindividueelste emotie? Oké, maar niet te hermetisch en graag in interactie met anderen. “Mijn poëzie heeft het spel met de ander nodig”, ondervond Maud. “Ik zoek altijd snel en veel het publiek op. Soms ontstaat er dan onverwacht iets magisch.” Op zoek naar confrontatie Gemakkelijk maakt ze het zich nochtans niet. “Ik ga expliciet op zoek naar groepen die niet op mij aan het wachten zijn, die me uitdagen en zelfs wat doen wankelen. Zoals onlangs een groep vijfde- en zesdejaars uit een mid- delbare school in Sint-Niklaas. Dan moet ik écht werken. Ik probeerde hen een voorstel- ling lang naar mij toe te trekken en op het einde voelde ik: ‘Ja, hier komen we samen.’ Dat geeft een enorm gevoel van geluk. Ik zoek altijd erg de confrontatie op, ook al schrikt die me tegelijkertijd af. In plaats van mijn angst te ontwijken, ga ik er vol instaan.” “Na mijn bachelor taal- en letterkunde koos ik voor de master meertalige professionele communicatie (MPC), al lag theater, film en literatuur veel meer in lijn met mijn interesses. Maar MPC boezemde me angst in, dus ik dacht: dát moet ik gaan doen! Ik ben nog steeds dankbaar voor de vrijheid die ik daar gekregen heb om mijn eigen draai aan die master te geven.” Maud is blij met de combinatie van haar the- oretische opleiding aan onze universiteit en haar artistieke opleiding woordkunst. “Het Conservatoriumhielpme mijn eigen artistieke stem te vinden; de universiteitsjaren gaven me een aangenaam rugzakje met heel wat bagage om uit te putten. Ik bewaar warme herinneringen aan de colleges van Georges Wildemeersch en Kris Humbeeck, vooral omdat het beiden – naast steengoede prof- fen – fantastische performers waren. Wat een retorische krachten lieten zij elke les opnieuw zien.”

RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=