MUA26

HET DUO MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 26.2017 23 dagingen waar we met z’n allen voorstaan, kunnen hier aangepakt worden.” Elk hoofdstuk in de Kempenatlas eindigt inder- daad met een vooruitblik op het potentieel. En die zijn verrassend. Zo heeft de almaar meer dichtslibbende regio op het eerste zicht weinig lessen te geven over mobiliteit. “Ten onrechte”, vindt Van Acker. “Je hebt hier een geweldige combinatie van naast elkaar gele- gen spoor- en waterwegen, die een heel deel van het transport van de weg kunnen halen. Is dat naïef? Ga dat maar vertellen aan Nike, dat hier maar vestigingen blijft bouwen.” “Klopt”, bevestigt Bremans. “De hele rivier- haventerminal draait rond hun Europese distributiecentra, van waaruit ze producten tot in Moskou verdelen.” “Langs het Albertkanaal is men druk bezig met het verhogen of bouwen van dertig bruggen”, gaat Van Acker verder. “Als die werf klaar is, moet het effect duidelijk wor- den. En voor de pendelaars: we ontdekten met het samenstellen van de atlas dat een groot deel van de trajecten van de vroegere buurtspoorwegen of lichte boerentrams veel gemeenten aandoen die nu maar beperkt door het openbaar vervoer bediend worden. Die buurtwegen kunnen we weer openma- ken voor een nieuwe lightrail, of waarom niet voor fietspaden? Met de nieuwe e-bikes zullen almaar meer mensen voor de fiets kiezen om afstanden tot gemakkelijk vijftien kilometer te pendelen.” En de oude vraag om gewoon nog een rijstrook toe te voegen bij de E34 en E313? Bremans knikt. Van Acker zucht: “Die is al dichtgeslibd nog voor hij zal aangelegd zijn.” Geothermie Dan is energie een minder verrassende exper- tise waarin de Kempen, met hun nucleaire in Nederland bijvoorbeeld kennen ze dat al langer.” Woeste gronden Met de flop doelt Van Acker op het grootse kolonisa- tieplan begin jaren veertig van de 19de eeuw om de Kempen om te vormen tot een landbouwgebied dat het jonge België moest beschermen tegen voed- seltekorten. Tussen Maas en Schelde werd een net- werk van waterwegen aan- gelegd, met de kanalen Dessel-Turnhout-Schoten en Bocholt-Herentals als assen. Het water diende tegelijkertijd als gigan- tisch irrigatiesysteem en als transportnetwerk om oogst enmest te vervoeren. Het mislukte grandioos, iets dat iedereen die de zanderige bodem van de Kempen kent niet hoefde te verrassen. Maar terwijl de boeren gedemotiveerd raakten, liet de industrie wel haar oog vallen op de door de aanleg van de kanalen ontdekte kleilagen – en een van de tot op vandaag meest geïndustrialiseerde regio’s van België was geboren. “Het effect was enorm”, vertelt Van Acker. “Het landschap van voor de kanalen, een eindeloze zanderige vlakte met helmgras, is onher- kenbaar veranderd. Dit waren de ‘woeste gronden’, een regio die op vroege kaarten niet meer is dan een witte vlek, amper ontsloten door wegen. De bodem was berucht moei- lijk om te bewerken, en wie er zich toch aan waagde – van de keuterboeren tot de gees- telijken die er abdijen en begijnhoven sticht- ten – leefde een leven als pionier. De Stille Kempen hebben hun bijnaam niet gestolen.” Veelzijdig of onbestemd “De ontsluiting doorspekte dat vergezicht met de vandaag voor de Kempen zo typische naaldbossen, zowat de enige landbouwactiviteit die wel vruchten afwierp. Met een door de aangetrokken massa uitdijende verstedelijking. Met militaire kampen en de spoorlijn van de IJzeren Rijn, en na WOI het Albertkanaal. En met bedrijven die in deze experimentele regio wat meer mochten dan pakweg in de Antwerpse haven of het Duitse Ruhrgebied, zolang de Kempen maar ontwik- keld werden. De chemische industrie werd aangetrokken door de reserve aan wit zand, maar er kwamen ook glasfabrieken en zelfs dynamietbedrijven. En veel later ook een atoomcentrale verstopt in de naaldbossen: het Studiecentrum voor de Kernenergie (SCK), dat uitgroeide tot een van de grootste clusters van nucleaire bedrijven ter wereld.” “Economisch blijft het een zoekende regio, die moeilijk onder een noemer te vatten is”, vult Bremans aan. “Het oude Sibelco is de groot- ste zandwinningsgroep ter wereld, en zit hier naast een nagelnieuw onderzoeksinstituut als VITO, dat internationaal voorloopt op vlak van duurzame ontwikkeling en experimenteert met geothermie. Die veelzijdigheid ontneemt ons misschien een kenmerkende smoel, maar zeker in deze veranderende tijden is dat voor mij absoluut een troef.” Experimenteerdrang Toch blijft niet het beeld van de technologische topregio hangen, maar van een streek die wat onder haar gewicht bokst. Wat betreft imago, maar bijvoorbeeld ook politiek. Karel Van Miert en enkele anderen niet te na gespro- ken, kwamen weinig nationale toppolitici uit de Kempen. En centrumsteden als Turnhout en Herentals zijn een stuk minder toonaan- gevend dan pakweg Kortrijk of Mechelen. “De grootste troef van de Kempen is dat ze die experimenten van weleer in het bloed hebben”, spreekt Van Acker tegen. “Want de regio is wel degelijk hot. Een aantal uit- De Kempen hebben het potentieel ommet hernieuwbare energie zelfvoorzienend te worden.

RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=