MUA23

HET DUO 24 MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 23.2017 en hoogtechnologische wereld die hij of zij begrijpt en zelf kan beïnvloeden. De anderen, de tech-analfabeten, kunnen alleen hopen dat ze al die technologie juist leren gebrui- ken. Ze naar hun hand zetten, is voor hen niet haalbaar. “Ik vind niet dat iedereenmoet kunnen program- meren, hoor”, zegt Liekens. “Net zomin als dat iedereen moet kunnen wat een loodgieter kan. Maar ik denk wel, of ik hoop althans, dat het een skill wordt die steeds meer mensen een beetje in pacht zullen hebben. De digita- lisering zou de Lego van de toekomst kunnen worden, waar iedereen mee aan de slag gaat. Iedereen zou iets in elkaar moeten kunnen draaien waarmee hij zijn eigen garage vanop afstand kan laten opengaan.” DNA uit een kiwi “Uiteindelijk is het vooral een manier van denken, een mindset die je je eigen maakt”, vervolgt Weyn. “Je gaat een drempel over, het besef dat je zelf ook iets kan ineensteken, en dan kan plots veel. Je hoeft niet uit het hoofd te weten hoe je een wasmachine repareert. Maar je vindt er ongetwijfeld een tutorial van op YouTube. De democratisering is bezig, je moet er alleen op inpluggen.” Voor dat laatste voorziet de gemeenschap van de Open Garage een tweejaarlijks duwtje in de rug. Wat enkele jaren terug begon als een klein familiekamp op de Hoge Rielen, GENDER “De meisjes gooien zich vaak harder op de technologie dan de jongens”, zegt Liekens. “Nerds have superpowers” Every Thursday evening, about a dozen self-proclaimed nerds gather in Anthony Liekens’s ga- rage to drink beer and work on crazy technological projects. Hacker or ‘maker’ spaces like this are springing up all over the world, though the main aim of this Open Garage is to enjoy an evening out with like-minded people. Liekens, a biologist and ‘mad’ computer scientist who helps busi- nesses develop innovation strategies, describes it as a way of “indulging their shared obsession with technology in a social way”. Hundreds of people have been involved in the Open Garage over the last few years, from profes- sors to students, from job-seekers to renowned techies. They have worked together on the most eye-opening projects, from an ingenious robot hand and a robot that goes to the bakery for you to an irrigation system for wetlands. Maarten Weyn, lecturer in UAntwerp’s Faculty of Applied Engineering, is a regular fixture at the garage. “The question we ask here every week is: is it possible? And if so: how? Once that question is answered, the fun goes out of it. We’re not trying to develop something that can be used professionally. We’re dabbling.” “Nerds are hip now”, says Liekens. “I see it as a superpower.” He doesn’t mean to sound elitist: both Weyn and Liekens actually hope to use projects like this garage to democratise technologi- cal knowledge. “Not everyone needs to learn to program, but at some point everyone should be able to put something together that can open the garage door via remote control.” E voor nerds en hun gezinnen, is uitgegroeid tot het ‘Fri3d’-kamp. Volgend jaar verwach- ten ze niet minder dan 600 deelnemers. Een weekend lang nemen jong, oud, nerds en echtgenotes deel aan een resem workshops en technologische groepsactiviteiten, van een digitaal bosspel tot robots maken en DNA uit een kiwi halen. Het is de gezinsversie van de Open Garage, waar de technologiekloof vakkundig wordt uitgewist. “Soms is een kennismaking met technologie al genoeg”, vertelt Weyn erover. “Ik heb zelf het geluk gehad in het ASO een leerkracht te hebben gehad die ons na de schooluren triggerde met technologische experimenten, anders had die wereld ook voor mij misschien gesloten gebleven.” “Elk kamp begint met morrende echtgenotes”, zegt ook Liekens. “Zij vragen zich af wat ze drie dagen in die tent komen doen. En na elk weekend is iedereen mee. Niet in het minst overigens de meisjes, die zich vaak harder op die technologie gooien dan de jongens. De maatschappij erodeert hun interesse in de jaren nadien, omdat technologie niets voor meisjes zou zijn. Maar dat zou met dergelijke initiatieven wel eens kunnen veranderen. Het zou mooi zijn, komen er toch ook eens wat vrouwen in de garage.”