MUA20

DE UITDAGING 44 MAGAZINE UNIVERSITEIT ANTWERPEN 20.2016 Wereldbank hebben vaak grote invloed op het beleid van donorlanden. Wat kan jij als kleine Belg voor de Wereld­ bank betekenen? Ik zal mijn kennis inzetten op het departement dat de werking van de Wereldbank evalueert. Ik zal onder meer de landenprogramma’s onder de loep nemen: zijn de doelstellin- gen behaald? En wat was de inbreng van de Wereldbank hierin? Met deze job kan ik mijn onderzoeks- en evaluatieskills als academi- cus inzetten op het terrein. De donorlanden willen namelijk graag weten of ze met hun bijdragen effectief een impact hebben. Ze willen value for money , maar het is niet evident om dat aan te tonen. Als je ziet dat een land als Mozambique een economische groei van 8 procent kent en dat de armoede effectief verminderde, is dat dan volledig op het conto van de Wereldbank te schrijven? Dat wil ik mee uitzoeken. Ik ben trouwens niet de enige Belg die voor de Wereldbank werkt, hoor. Bij de 11 000 man staff zijn er – schat ik – toch een honderdtal Belgen. Is de Wereldbank er alleen voor ontwik­ kelingslanden of heeft een land als België er ook baat bij? België is vooral donor, maar onrechtstreeks heeft ons land wel baat bij het werk van de Wereldbank. Als migratielanden economisch groeien, leidt dat bijvoorbeeld tot een vermin- dering van de vluchtelingenstromen. Als de ontwikkelingslanden erop vooruitgaan, dan kunnen Belgische bedrijven in die landen investeren. Dat zijn indirecte voordelen waar België de vruchten van plukt. Is de Wereldbank ‘vatbaar’ voor schanda­ len zoals de Panama Papers of LuxLeaks- toestanden? Half april kopte DeMorgen nog: ‘Wereldbank steunt belastingontduikers’. Er zijn studies die aantonen dat er op de hogere niveaus af en toe een politiek spel wordt gespeeld, maar is dat niet overal zo? De Wereldbank wil zich in elk geval bewust niet mengen met de politiek. De bank is eigendom van haar aandeelhouders, en dat zijn landen. De aandeelhouders benoemen een Board of Governors, en dat zijn in de regel de ministers van Financiën of Ontwikkelingssamenwerking van de respectieve landen. De Wereldbank gaat niet kijken of alle landen wel democratieën zijn bijvoorbeeld, zolang de investering maar gebruikt wordt om de armoede in het land te verminderen en aan ontwikkelingssamenwerking te doen. Ze stelt wel een aantal eisen aan haar cliënten, waar- onder anticorruptiemaatregelen om ervoor te zorgen dat het geld goed terechtkomt en onderweg niet verduisterd wordt, en environ- mental safeguard policies om het milieu te beschermen. Klopt het dat de toekomst van deWereldbank onzeker is, doordat een groeiend aantal lan­ den voor een lening op de kapitaalmarkt kiest, omdat daar geen voorwaarden aan verbonden zijn? De Wereldbank denkt veel na over haar rol in de toekomst. Zeker sinds de komst van de BRICS-bank, die ongeveer dezelfde rol als de Wereldbank vervult, maar dan geleid door de BRICS-landen – Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika. Het concurren- tiële voordeel van de Wereldbank is volgens mij dat ze ook een belangrijk kennis- en adviesinstituut is. We denken veel te weten over hoe we landenmoeten ontwikkelen, maar ik denk dat we ook bescheiden moeten zijn in onze kennis over wat wel en niet werkt. De Wereldbank bezit veel wetenschappelijke expertise, gecombineerd met terreinervaring, en dat geeft de bank een belangrijk compa- ratief voordeel. Houdt deWereldbank zich ook bezigmet het verschaffen vanmicrokredieten, of gaat het enkel en alleen om grote landenleningen? De Wereldbank is een voor- loper in ontwikkelings­ samenwerking en absoluut een innovatief instituut. Alumnus to evaluate World Bank Applied Economics graduate Lode Smets, who has also worked for the Institute of Development Management and Policy (IOB), recently started his new job as an Evaluation Economist at the World Bank’s Independent Evaluation Group (IEG) in Washington. The World Bank is the world’s biggest institute for development cooperation. Besides providing loans to developing and middle income countries with the primary aim of reducing poverty, the bank is also an important knowledge and advice centre for development-related issues. Smets will be putting his knowledge to good use in the department responsible for evaluating how the World Bank operates. One of his tasks will be to put individual country programmes under the microscope: have their objectives been achieved? And if so, what role did the World Bank play in this? The evaluation of development programmes has been the focus of attention in recent years, but demonstrating the true impact of such programmes is far from straightforward. Around 100 of the World Bank’s 11 000 members of staff are Belgian. Although the institute is a rather complex public administrative body, it is also extremely innovative – a clear leader when it comes to development thought. In the last few years, the World Bank has undergone a systematic reorganisation designed to make it a better and more cost-efficient institute. The bank is working hard on new trends and also has the resources needed to attract leading thinkers who can help assess change processes. And that’s what’s so great about working for an institute like the World Bank, says Smets. In the weekend of 8 June, for example, not one but three previous winners of the Nobel Prize for Economics will be visiting the World Bank to attend a conference on ‘The State of the World’. E

RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=