Making Mutsaard

Making Mutsaard Ruimtelijk Masterplan Mutsaardcampus Antwerpen 77 76 Ruimtelijk Strategisch Kader Ruimtelijk Strategisch Kader PROMENADE ‘UTILITAIRE’ PROMENADE ‘UTILITAIRE’ cafetaria binnenplein - Blindestraat - onthaal studenten extern adres museumtuin Naast de studenten zijn er ook heel wat andere dagelijkse gebruikers van de campus. Docen- ten, administratie, onderzoekers, Decanaat, doctorandi, ... hebben ook elk een plek op de campus. Momenteel zijn deze ruimtes voor personeel verspreid over verschillende gebou- wen. We stellen voor om deze kantoor-, verga- der- en onderzoeksruimtes , van zowel de UA als de AP, zo veel mogelijk te clusteren binnen één gebouw: de personeelscluster. De drie panden aan de Blindestraat, die momenteel de opleiding Conservatie Restauratie behuizen, zouden hier ideaal voor dienen. Ten eerste is de ruimtelijke indeling van deze gebouwen met kleine en grote lokalen daar goed voor geschikt. Het voormalige ‘Bureel van Weldadigheid’ heeft zijn naam niet gesto- len. Ten tweede zorgt de ligging aan de Blindestraat voor twee duidelijke adressen naar buiten toe, een toegang voor UA en één voor AP. De werking van de de Mutsaardsite gaat gepaard met een permanente in- en uitstroom van materialen. Het gaat onder andere over de bevoorrading van de technische ateliers (houtatelier, model- bouwatelier enz.), de cafetaria en evenemen- ten (tentoonstellingen, workshops, lezingen). Door de afwezigheid van een helder stromen- schema, de vele trappen in het gebouw, de spreiding van diverse functies in de campus en het gebrek aan bergruimte gebeurt dit van- daag inefficiënt. In het ruimtelijk masterplan worden een aantal prin- cipes voorgesteld om dit metabolisme te optimaliseren. Vooreerst wordt een nieuwe, bijkomende logistieke toe- gang geïnstalleerd aan de stadswaag waar leveringen kunnen plaatsvinden buiten de aanwezigheid van studenten. Deze toegang geeft rechtstreekse aansluiting aan een stock- ageruimte, de binnenkoer en de belang- rijkste tentoonstellingsruimte (het tempelgebouw). Daarnaast kunnen de dagdagelijkse leveringen voor de cafetaria eveneens via deze toegang plaatsvinden. Een tweede principe is de onder- grondse verdeelassen. Door de bouw van de ondergrondse fietsparking wordt een ver- binding gecreëerd tussen alle ondergrondse kelderruimten, een goederenlift en het houta- telier. Hiermee wordt een enorm volume aan bijkomende bergruimte toegankelijk gemaakt. Deze bergruimte schept meer mogelijkheden omtrent hergebruik van materialen. Een derde principe omvat de clustering van de tech- nische ateliers rondom de binnenkoer. Deze ateliers krijgen mogelijk ook een recht- streekse toegang via het plein. Hierdoor wor- den complexe verplaatsingen door de gangen met grote materialen vermeden. Het vierde voorstel behelst een materialenbibliotheek en een recyclagecentrum nabij de toegang aan de stadswaag. Dit moet de materiaalstromen zichtbaar maken en de mogelijkheid geven aan studenten om mee te werken en na te denken over circulariteit. Tot slot omvat het masterplan eveneens een optimalisatie van de tech- nische installaties en leidingen. Een nieuw technisch lokaal aan de Blindestraat en grote leidingenstraten gekoppeld aan de ondergrondse parking moeten ruimte bieden voor de implementatie van een duurzame ener- giebevoorrading, hergebruik van water en een vernieuwd rioleringsstelsel. Het gebouw heeft ook een gevel naar het binnenplein en sluit dus ook goed aan op het interne leven op de campus. Tot slot zitten het logistieke brein van beide instituten onder hetzelfde dak, letterlijk. Dit is noodzakelijk om een vlotte samenwerking ook in de toekomst te kunnen garanderen. 5 Centrale personeelscluster 6 Helder metabolisme

RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=