Making Mutsaard

Making Mutsaard Ruimtelijk Masterplan Mutsaardcampus Antwerpen 39 38 Ruimtelijke Eerste Lezing Ruimtelijke Eerste Lezing Historische gelaagdheid Een belangrijke identiteitsdrager van de campus is de lange geschiedenis die ze met zich meedraagt. Door- heen de tijd hebben verschillende programma’s en organisaties de campus bewoond. Een klooster werd een museummet academie, daarnaast kwam een ‘bureel van weldadigheid’ en een nijverheidsschool. Later vond een commissariaat van de lokale politie er een plek, en nu wonen er twee instituten. In de voorbije 300 jaar hebben opeenvolgende stadsbouw- meesters (Bourla, Stynen, Fivez, Royers, ...) elk hun stempel gedrukt op de verschillende gebouwen op de campus. Het kloostercomplex uit de 17de eeuw werd zo geleidelijk aan verbouwd tot de campus die ze nu is. In wat volgt analyseren we deze historische fases als een opeenstapeling van verschillende ‘architecturale promenades’. Deze promenades dienden in het ver- leden als structurerend element om de verschillende programma’s aan elkaar te knopen. 15 de eeuw 1810 1841 1864 1883 1894 1944 1950 1984 1970 1948 2019 museum klooster Mengin Bourla ingrijpende verbouwingen: ° museumvestibule °bourlaschool °bourlapoort Dens verbouwing museumvestibule Royers °volksbibliotheek °hoofdgebouw Van Mechelen °uitbreiding volksbibliotheek Leon Stynen masterplan - niet uitgevoerd Fivez °Fivez-gebouw vernieuwing gevel Fivez tussenverdieping Tempel brand lange zaal academie bureel van Weldadigheid nijverheidsschool architectuuropleiding (NHIBS) Bourlapoort als herkenbare entrée tot de academie. Kloostersite als ‘placeholder’ voor anderssoortig soorten programma stedelijke politie gesticht Arthur Van Der Nest Wat is de identiteit van een creatieve campus in de 21ste eeuw? Het is een plek waar verschillende opleidingen en instituten samenhuizen. Ze hebben elk hun eigen plek nodig waar ze zich kunnen terugtrekken en hun eigenheid tonen, maar hebben ook nood aan gedeelde ruimtes en faciliteiten. Hoe kunnen de verschillende opleidingen elkaar daarin versterken en aanvullen? Hoe kan er een kruisbestuiving ontstaan tussen de ver- schillende opleidingen? En hoe kan deze praktijk van commoning de identiteit van de campus versterken? II Identiteit en commons Doorheen de tijd zien we hoe deze promenades verlegd worden en op elkaar beginnen aansluiten. Het resultaat vandaag is een complexe, onleesbare circulatie met weinig hiërarchie of structuur. Door de historische lagen uit elkaar te trekken krijgen we opnieuw inzicht in dit complexe conglomeraat van gebouwen. We leren ook hoe de verschillende ‘campusbewoners’ zich doorheen de jaren ruimtes hebben toegeëigend, maar ook onderling gedeeld. De vraag naar de ‘commons’ is dus erg pertinent en levert inzicht in hoe er ‘samengewoond’ kan worden op de campus.

RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=