Les in Lezen Onderzoekslijn 1 Rapport

Les in Lezen: Onderzoeksluik 1 – Umbrella review van effectief leesonderwijs 54 in het lezen van losse woorden een sterk effect te hebben op het accuraat technisch lezen (Mandak et al., 2018). 3.2.7.3 Leerlingen met een andere thuistaal die de onderwijstaal leren Onze umbrella review bevat drie studies die nagaan welke invloed leesinterventies hebben op vlot technisch lezen bij leerlingen die een andere thuistaal hebben en de onderwijstaal nog leren. In de studies gaat het telkens om Engels als onderwijstaal. Adesope et al. (2010) gingen na welke interventies een positieve impact hebben op de algemene leesvaardigheid van leerlingen van de eerste kleuterklas tot en met het zesde leerjaar die Engels als onderwijstaal leren. Ook vlot lezen, in casu decoderen, werd als uitkomst onder de loep genomen. Vier soorten interventies werden gegroepeerd onderzocht: samenwerkend leren, systematische instructie m.b.t. grafeem-foneemkoppelingen, lezen ondersteund door multimedia, en schrijven. De onderzoekers stellen geen significant effect vast van de bestudeerde interventies op de decodeervaardigheid van leerlingen die Engels als tweede taal leren. Richards-Tutor et al. (2016) onderzochten het effect van leesinterventies op de leesvaardigheid van risicolezers met een andere thuistaal die Engels leren als onderwijstaal, gaande van kleuter- tot middelbare schoolleeftijd. Voor vlot lezen werd gekeken naar het lezen van woorden. De meeste interventies gebruikten systematische, expliciete instructie: modeling, scaffolding en corrigerende feedback. Leraren modelleerden, demonstreerden en verzorgden begeleide inoefening. Leerlingen kregen veel kansen om de activiteiten zelf te oefenen. Er werd ook voorzien in herhaling van eerder geleerde inhouden. De resultaten voor woordlezen blijken significant. Richards en collega’s stellen vast dat er een verschil qua effect is wanneer de interventie uitgevoerd wordt bij individuele leerlingen, dan wel bij groepen. De effecten zijn echter klein tot zeer klein. De resultaten moeten voorzichtig gehanteerd worden. De betrouwbaarheidsintervallen van de effectgroottes werden immers niet vermeld, en er zijn te grote verschillen tussen de opgenomen studies. Ludwig et al. (2019) analyseerden het effect van leesinterventies op de leesvaardigheid bij leerlingen met een andere thuistaal die Engels als onderwijstaal leren, van de derde kleuterklas tot en met het tweede secundair. Als afhankelijke variabele werd voor vlot lezen het accuraat lezen van woorden en pseudowoorden bestudeerd. Onafhankelijke variabelen waren een brede waaier aan Engelstalige interventies die op één of meerdere deelvaardigheden van lezen focussen (fonemisch bewustzijn, leesbegrip, leesvloeiendheid, phonics of woordenschat). Alle interventies vonden op school plaats, tijdens de reguliere schooluren en als aanvulling op het gewone curriculum, maar ze verschilden sterk op het vlak van duur/intensiteit, groepsgrootte, inhoud en aanpak. De meeste interventies werden uitgevoerd door een getrainde interventionist. De studie van Ludwig en collega’s toont aan dat leesinterventies voor leerlingen die Engels leren, een grote invloed hebben op het accuraat lezen op woordniveau van deze leerlingen. De onderzoekers rapporteren echter geen specifieke interventiecomponenten die doorslaggevend zijn voor het succes. Ook hebben ze geen zicht op enkele belangrijke variabelen zoals het taalvaardigheidsniveau van de leerlingen, hoe lang ze al Engelstalig onderwijs genieten, enz. Ze keken na of het verband afhankelijk was van andere factoren (intensiteit, groepsgrootte, type interventie, risicostatus, onderwijsniveau), maar dat was niet het geval.

RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=