Les in Lezen: Onderzoeksluik 1 – Umbrella review van effectief leesonderwijs 49 computerprogramma. Twee andere studies gingen het effect na van expliciete spellinginstructie op vlot lezen. Graham et al. (2017) gingen de impact na van geletterdheidsprogramma's met een evenwichtige verhouding tussen lezen en schrijven op de lees- en schrijfvaardigheid waaronder decoderen. Niet meer dan 60% van de tijd werd ofwel besteed aan lezen of schrijven. De interventies hadden verschillende insteken (in afnemende volgorde): coöperatief leren, beginnende geletterdheid, werken met een specifiek computerprogramma ‘Writing to Read’, remediëring, taalgericht vakonderwijs, literatuur, thuisomgeving, ‘whole language’ aanpak, strategie-instructie. Vaak worden meerdere inhoudelijke componenten gecombineerd. De onderzoekers rapporteren kleine effecten bij jonge en oudere leerlingen (derde kleuterklas tot zesde secundair) om het lezen te bevorderen. Ook blijken de programma’s effectief om het lezen en decoderen te bevorderen. Het effect is klein maar is wel robuust omdat het geldt voor uiteenlopende programma's, leeftijden en doelgroepen. Het type programma lijkt niet uit te maken. Wel is er een zeker voordeel voor interventies waarin aandacht voor schrijven en lezen evenwichtig verdeeld is. Verder blijken ook in deze studie de gestandaardiseerde instrumenten tot lagere effectgroottes te leiden dan instrumenten die de onderzoekers zelf opstelden. Naast bredere geletterdheidsprogramma’s werd ook de impact nagegaan van interventies met een specifieke focus zoals spellinginstructie. Graham en Hebert (2011) bestudeerden het effect van spelling- en schrijfinstructie op leesvaardigheid. De auteurs splitsen hun onderzoek op in verschillende meta-analyses waarin ze o.a. focusten op het effect van spellinginstructie op lezen. De resultaten laten o.m. zien dat instructie in spelling een matig effect heeft op het woordlezen van leerlingen van het eerste tot en met vijfde leerjaar. Gezien het geringe aantal primaire studies moeten deze resultaten echter met de nodige voorzichtigheid moeten geïnterpreteerd worden. De studie van Graham en Santangelo (2014) levert ondersteuning op voor deze bevinding. Zij onderzochten of formele spellinginstructie een effectieve methode is om leerlingen met en zonder spellingproblemen van de derde kleuterklas tot het vierde jaar secundair onderwijs beter te leren spellen. Ze keken daarnaast ook naar de invloed op fonologisch bewustzijn, vlot lezen, en leesbegrip. Voor vlot lezen werd het lezen van woorden gemeten. Formele spellinginstructie is directe en systematische instructie in leren spellen. Dit kan een waaier aan activiteiten bevatten van het leren spellen van specifieke woorden over het leren gebruiken van regels en strategieën om niet gekende woorden te spellen tot het systematisch bestuderen van woorden zodat leerlingen ‘vat’ krijgen op het spellingsysteem van een taal. Deze studie toont aan dat directe en systematische spellinginstructie niet alleen effectief blijkt om beter te leren spellen en effectiever is dan een incidentele aanpak maar dat het ook een matige bijdrage levert aan een waaier van (voorbereidende) leesvaardigheden waaronder vlot lezen. Tussentijdse conclusie Uit deze studies blijken brede geletterdheidsprogramma’s die zowel gericht zijn op lezen als schrijven een positieve impact te hebben op decoderen en lezen van woorden (Graham et al., 2017). Daarnaast leveren de twee overzichtsstudies van Graham en collega’s (Graham & Hebert, 2011; Graham & Santangelo, 2014) gecombineerd duidelijke evidentie op voor de inzet van expliciete en systematische spellinginstructie. Dergelijke instructie blijkt niet alleen effectief voor het bevorderen van spellingvaardigheid maar ook van leesvaardigheid waaronder het vlot technisch lezen.
RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=