Les in lezen 02a Onderzoekslijn 2 Rapport

Les in Lezen: Onderzoekslijn 2 – Verticale en horizontale analyse Lezen op School-projecten 60 - Sessie rond leesbegrip, leesmotivatie en een motiverende leesomgeving, incl. vertaling naar de eigen klaspraktijk + identificatie van eigen ondersteuningsnoden - Sessie op maat van de school 4. LIST-vormingen voor leescoaches en kleuterleerkrachten (door externe trajectbegeleiders + Thoni Houtveen) - Informatiebijeenkomst rond LIST en implementatie van LIST op school - Drie vormingssessies (incl. intervisie): (1) kiezen van goede thema’s en teksten, (2) een voorleesactiviteit leren plannen en uitvoeren, (3) een kwaliteitsvolle lees- en schrijfhoek kunnen inrichten. 5. Acties in samenwerking met de bibliotheken - Twee overlegmomenten tussen extern trajectbegeleider, leesteam en bibmedewerker. Focus: - Lancering van de Facebookpagina “Leerkracht-Leeskracht”. 6. Acties gericht op ouders - Individuele scholen begeleiden bij het versterken van de samenwerking met ouders en ouderverenigingen rond leesonderwijs (obv “betrokkenheidsboom” van KOOGO). - Ouders via communicatie toeleiden naar FB-pagina’s “KOOGO’s Boekensite voor ouders” en “Leerkracht- Leeskracht”. De inhoudelijke werking van dit project is gebaseerd op de LIST-methodiek voor de kleuterschool (LIST = LeesInterventie voor Scholen met een Totaalbenadering). Achter deze methodiek schuilen negen principes voor effectief voorbereidend leesonderwijs in de kleuterklas, waaronder intensief en lang werken met inhoudelijke thema’s in de klas, herhaald en interactief voorlezen, inzetten op letterkennis en het expliciet koppelen van spreken en schrijven. Zo wordt in de LISTmethodiek drie weken lang rond één klasthema gewerkt, waardoor het o.m. mogelijk wordt dat kinderen de nodige woordenschat en voorkennis opbouwen en hun leefwereld verruimen. Deze woordenschat en voorkennis zetten kinderen vervolgens in wanneer ze aan de slag gaan met één of enkele boeken die door de leerkracht aan het klasthema gelinkt worden. Een tweede voorbeeld dat door de geïnterviewde projectcoördinator wordt aangehaald is het werken aan letterkennis, waarbij het doel is dat kinderen op het einde van de kleuterschool 12 letters kennen. Daarbij wordt expliciete instructie rond klank-tekenkoppeling gegeven en wordt o.m. geoefend met letters en woorden uit het boek dat in de kijker staat en met letters uit de namen van de kleuters. De deelnemende scholen waren dezelfde als de scholen die intekenden op het prioritaire nascholingsproject “LeerkrachtLeeskracht”. Daar waar prioritair nascholingsproject zich richtte op de lagere afdeling, richtte “Meer Leeskracht” zich op de kleuterafdeling. Er werd binnen het project geen nieuw didactisch materiaal ontwikkeld. Wel maakte het project uitwisseling van materialen tussen leerkrachten en scholen mogelijk. E. Monitoring en evaluatie Scholen kregen door het projectteam groepsscoreformulieren aangereikt, waarmee de leerkrachten de ontwikkeling van de kinderen uit hun klas in beeld konden brengen. De leescoaches kregen een formulier om een aantal relevante vaardigheden bij de leerkrachten van hun school in kaart te brengen. En ook op schoolniveau werden er op gelijkaardige manier zaken gemonitord. Op basis van onze dataverzameling valt niet in te schatten in hoeverre scholen deze instrumenten ook

RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=