Les in lezen 02a Onderzoekslijn 2 Rapport

Les in Lezen: Onderzoekslijn 2 – Verticale en horizontale analyse Lezen op School-projecten 30 E. Monitoring en evaluatie Op projectniveau: De voortgang en kwaliteitsvolle uitvoering worden visueel in kaart gebracht op een gedeeld digitaal platform. De (tussentijdse) resultaten worden besproken tijdens elke netwerkdag (fysiek of online) in functie van de vooropgestelde projectdoelen. Ook tijdens de interviews met de beleidsondersteuner en de keerkracht kwam het schooleigen digitaal platform ter sprake. De beleidsondersteuner maakte hiervan gebruik om het materiaal met de rest van het schoolteam te delen. De resultaten worden eveneens besproken in de vakgroep Nederlands van de lerarenopleiding om zo de verankering in het curriculum van de opleiding kleuter-, lager en secundair onderwijs te faciliteren. De vak-experten Nederlands geven kritische feedback en integreren de verworven inzichten inzake didactiek lezen en algemene taalstimulering Nederlands in het curriculum. De resultaten van dit project zullen ook de kwaliteitsvolle invulling van het postgraduaat Leesbeleid versterken. De intervisiesessies met de studenten - voor het postgraduaat zijn dit leerkrachten met praktijkervaring - zullen als klankbord dienen voor de kwaliteitsbewaking. Op schoolniveau: Tijdens de coachingsessies informeert de coach van Hogeschool PXL naar de samenwerking binnen het kernteam en worden de werkpunten uit de netwerkdagen opgevolgd. Het kernteam vulde een vragenlijst in waaruit blijkt wat de sterke punten van de school zijn en waarop de school nog kan groeien als het over lezen gaat. Onder begeleiding van de coach van Hogeschool PXL legde men in het eerste projectjaar de prioriteiten vast. In het tweede projectjaar gaat men na welke veranderingen de school doormaakte onder invloed van het leesproject. De geïnterviewde beleidsondersteuner maakte een eigen document waarin de doelen van de school werden genoteerd volgens de PDCA-principes: Plan, Do, Check, Act. Dit document werd gebruikt om de veranderingen binnen de school op te volgen. Tijdens de personeelsvergadering is er een vast moment waarop het leesbeleid en het Liever Lezen-project besproken worden. Indien nodig stuurt men de activiteiten in het kader hiervan op schoolniveau bij. Op leerlingniveau: Tijdens het tweede projectjaar vindt een kwalitatieve impactmeting van het leesplezier bij de leerlingen plaats. Tijdens het schoolbezoek werd niets vermeld over deze impactmeting of de resultaten ervan. F. Mate van realisatie Initieel was dit project gericht op tien scholen, maar omdat het mogelijk was om een extra projectmedewerker aan te werven ging men uiteindelijk met 20 scholen aan de slag. Dit maakte het project heel intensief om op te volgen. Ondanks het vele werk slaagde men er toch in om tijdens het eerste projectjaar de doelstellingen te behalen. Dit laat de scholen toe om in het tweede projectjaar meer zelfstandig te werken. Dit is zeker zo voor scholen bij wie het leesbeleid al na het eerste projectjaar was afgewerkt. Deze informatie is niet correct. De Vlaamse overheid heeft PXL gevraagd om 20 scholen te betrekken als minimumvoorwaarde voor de toekenning van de projectfinanciering. De projectmedewerkers stonden op voorhand vast.

RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=