Les in Lezen: Onderzoekslijn 2 – Verticale en horizontale analyse Lezen op School-projecten 192 school. Daarom is het belangrijk elk team als aparte projectteams te zien, in plaats van de hele school als ‘team’. Hoewel onder monitoring en evaluatie wordt genoemd dat er regelmatig overleggen plaatsvinden, blijkt dit minder uit de rest van de verticale analyse. Uit de interviews blijkt echter dat er, opnieuw ondanks de coronapandemie, zeer intensief overleg was tussen de projectpartners onderling en met de scholen. Ook was er veel contact in de vorm van intervisie, informatiesessies en begeleidingstrajecten en werd er kennis gedeeld via bijvoorbeeld artikelen en werkmappen. Deze werkwijze en opbrengst van het project wordt naar mijn idee te weinig benadrukt in de verticale analyse. Doordat de opbrengsten van het project met name in deze overleggen zijn besproken en onbekend is of het ook via een bevraging is geëvalueerd, is het onduidelijk wat de exacte opbrengsten van het project zijn geweest. De beschrijving van de ervaren effecten blijft erg oppervlakkig, ook omdat de koppeling met de strategische doelen ontbreekt. Uit het interview met de scholen blijkt dat de scholen de effecten evalueren op basis van paralleltoetsen, observaties of checklists, maar dat er geen (cijfermatige) evaluatie plaatsvond met instrumenten vanuit het project. Bij de aandachtspunten wordt genoemd dat elke leerkracht vrijwillig mee moet doen en dat de directie erachter moet staan. Dat is een terecht punt, blijkt op basis van de interviews, dat uitgebreid kan worden naar het projectteam. Ook van hen wordt een grote inzet verwacht, dus het is belangrijk dat zij achter het project staan. 2. Feedback Kees Vernooij Project ‘Lezen op school’ nader bekeken. 1. Doel Leesoffensief Vlaanderen Het in 2021 gestarte leesproject ‘Lezen op school’ heeft tot doel zowel de leesvaardigheid als de leesmotivatie te vergroten. Met de ‘taalstimulerende’ projecten van ‘Lezen op school’ wil het Vlaamse ministerie van onderwijs ‘extra kansen aan kinderen en jongeren in heel Vlaanderen’ bieden (zie Weyts 2021). De doelstelling van de Vlaamse overheid over het project ‘Lezen op school’ kan als zeer ambitieus worden gezien. De minister vindt dat de proefprojecten de leesvaardigheid in heel Vlaanderen moeten versterken (Weyts, 2021). Daarvoor is nodig dat uiteindelijk moet worden nagegaan in welke mate de Lezen op school-projecten beantwoorden aan kenmerken die tot effectief leesonderwijs leiden. De projecten hadden een looptijd van twee jaar. 2. De wetenschap en leesverbetering Er bestaat wetenschappelijke consensus, dat gemotiveerde lezers doorgaans betere lezers zijn (zie o.a. Guthrie e.a. 2016). Gemotiveerde lezers lezen dikwijls meer waardoor ze een grotere woordenkennis verwerven en betere begrijpende lezers zijn. Overigens is motivatie een complex begrip. Het gaat bij leesmotivatie niet alleen om plezier in lezen, maar dikwijls ook om de motivatie, inspanning om een tekst te willen begrijpen. Onderzoek uit de afgelopen jaren toont dat vooral intrinsieke motivatie bijdraagt bij aan leesmotivatie, leesgedrag en leesvaardigheid; slechts een kleine bijdrage van extrinsieke leesmotivatie leidt tot leesgedrag en leesvaardigheid (Schiefele e.a. 2012; Guthrie 2019). Volgens Van Bergen e.a. (2022) geldt dat ‘Direction-of-causation modelling showed that skills impacted enjoyment. The influence in the other direction was zero’. 2. Informatie over het project Er zijn 22 projecten ‘Lezen op school’ waarmee 80.00 kinderen en jongeren bereikt zouden worden.
RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=