Les in lezen 02a Onderzoekslijn 2 Rapport

Les in Lezen: Onderzoekslijn 2 – Verticale en horizontale analyse Lezen op School-projecten 3 Beleidssamenvatting In het voorjaar van 2020 lanceerde het Departement Onderwijs en Vorming van de Vlaamse Overheid de oproep ‘Lezen op school’ (LoS). Het betrof een oproep om taalstimulerende activiteiten Nederlands voor schoolgaande kinderen en jongeren op te zetten in samenwerking met de plaatselijke bibliotheken. Het Departement mikte op een verscheidenheid aan aanvragers, met o.a. scholen, hogescholen, bibliotheken, onderwijskoepels, vzw’s, enzovoort. In dit onderzoeksrapport beoogden we de evaluatie van het praktijkmodel ‘Lezen op school’ (Onderzoekslijn 2). Daartoe maakten we een wetenschappelijke analyse van de 22 LoS-projecten en een bijhorende LoS-praktijk. We gingen na welke initiatieven en activiteiten opgezet werden naar aanleiding van de oproep ‘Lezen op school’. Ook gingen we na op welke manier deze initiatieven en activiteiten zijn onthaald in de onderwijspraktijk. Meer specifiek stelden we drie onderzoeksdoelen voorop in dit onderzoeksrapport. Onderzoeksdoel 1 betreft het in kaart brengen van elk van de 22 lopende LoS-projecten. We beogen zicht te krijgen op elk LoS-project door een achttal aspecten (aanleiding, doelstellingen en doelgroep, partners en samenwerking, geplande en uitgevoerde acties, monitoring en evaluatie, mate van realisatie, ervaren effecten, en randvoorwaarden) van de projecten in kaart te brengen. Onderzoeksdoel 2 beoogt generieke uitspraken overheen de 22 LoS-projecten. Hiervoor gaan we op zoek naar een aantal algemene kenmerken van de projecten met betrekking tot de bovenstaande acht aspecten en besteden we voornamelijk aandacht aan de randvoorwaarden voor het succesvol opzetten van een praktijkmodel zoals ‘Lezen op School’. Onderzoeksdoel 3 vormt de brug tussen onderzoekslijn 1 en 2. Hierbij nemen we de systematische meta-review als kader om de LoS-projecten te beschrijven met betrekking tot effectief leesonderwijs. We gaan na in welke mate de opgezette acties binnen de LoSprojecten stroomlijnen met kenmerken van effectief leesonderwijs. De resultaten van dit laatste onderzoeksdoel zijn terug te vinden in het overkoepelende tussentijds onderzoeksrapport van Onderzoekslijn 1 & 2. Om een antwoord te verkrijgen op bovenstaande onderzoeksdoelen, hanteerden we casestudies als onderzoeksmethodiek. Casestudies zijn bijzonder geschikt om te achterhalen hoe de betrokkenen de LoS-praktijken ervaarden en hieraan betekenis gaven (Swanborn, 2010; Yin, 2017). Enerzijds beoogden we zicht te krijgen op de diverse LoS-projecten via documentenanalyses van de projectoproep en -aanvragen en beschikbare data via de overheid, en via interviews met de centrale betrokken (c.q. de projectcoördinatoren). Anderzijds werd per LoS-project ook één school bezocht om een zicht te krijgen op hoe elk LoS-project een vertaling naar de praktijk kon krijgen. Tijdens deze schoolbezoeken hanteerden we verscheidene dataverzamelingstechnieken zoals documentenanalyse, bevragingen, en observaties. Op deze manier trachten we een steentje bij te dragen aan de realisatie van de kwaliteitsverwachtingen zoals beschreven in het Referentiekader Onderwijskwaliteit. Op basis van voorliggend rapport kunnen we onderstaande conclusies en aanbevelingen formuleren. Allereerst blijkt uit de 22 LoS-projecten dat er in het Vlaamse onderwijslandschap zeer veel dingen gebeuren rond lezen. Nagenoeg alle projecten konden verder bouwen op reeds bestaande initiatieven rond lezen. De LoS-oproep werd dan ook dankbaar aangegrepen om bestaande initiatieven sterker te stroomlijnen, meerdere losse initiatieven op elkaar af te stemmen, initiatieven verder uit te diepen en nieuwe initiatieven uit te werken. Daarbij is een groot enthousiasme van alle betrokkenen merkbaar. We kunnen dan ook stellen dat de nood om het leesonderwijs in Vlaanderen

RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=