Les in lezen 02a Onderzoekslijn 2 Rapport

Les in Lezen: Onderzoekslijn 2 – Verticale en horizontale analyse Lezen op School-projecten 135 van de leesscan. Scholen zijn niet altijd in staat zichzelf kritisch in te schalen, dus daar vormt een externe partij een meerwaarde. Bovendien zorgden de resultaten van deze leesscan voor een zeker urgentiebesef op scholen. Het leesplezier is volgens de geïnterviewde directeur verhoogd omwille van de eigen schoolbibliotheek. Ook verlangen de leerlingen naar de bibliotheekbezoeken. De directeur geeft aan dat het fijn is om te zien dat kinderen sneller een boek vastnemen en meer lezen. Uit de vragenlijst blijkt ook dat kinderen meer gestimuleerd worden om te lezen en dat ook doen. Er is in het algemeen meer aandacht voor lezen en voor leesplezier. H. Aandachtspunten en randvoorwaarden - De school moet een focus kiezen (‘niet één van de zovele dingen’). - Om dit project te laten bestaan op lange termijn, zijn tijd en middelen essentieel. De leraren die op school enthousiast met het project aan de slag gaan, moeten hier tijd, ondersteuning en vertrouwen voor krijgen. Dat hangt natuurlijk samen met de grootte van een team en welke mogelijkheden er op een school zijn. - Verankering in het beleid is essentieel voor duurzaamheid. - Er zijn middelen nodig om een aantrekkelijk, uitgebreid boekenaanbod uit te bouwen. - Een kritische vriend zoals de lerarenopleiders is een groot pluspunt. - De directie moet achter het project staan en het moet schoolbreed geïmplementeerd worden. Je moet zo veel mogelijk leraren mee krijgen. Er zijn ook heel wat leraren die zelf niet graag lezen maar wel weten dat het verwacht wordt. Die verwachtingen mogen duidelijk(er) gecommuniceerd worden. Er moet nagedacht worden over hoe je ook hen mee krijgt in dit verhaal (rol lerarenopleiding?). - De samenwerking tussen de scholen en de bibliotheken lijkt essentieel. Bibliotheekmedewerkers en hun expertise over boekenkeuze kunnen nog meer benut worden. Zorg bv. voor herkenbaarheid van de bibliotheekmedewerkers (als leerlingen naar de bib gaan en daar dezelfde mensen zien) voor meer voeling en contact. Er kan bovendien nagedacht worden over de rol van de bibliotheek in de maatschappij: wat is hun expliciete taak? Wat moeten medewerkers doen? Hoe moet collectie eruit zien? De geïnterviewde directeur en leraar geven aan dat een geëngageerde kartrekker (met kennis van zaken door de juiste scholing) op school essentieel is. De trekker brengt alle informatie vanuit de vergaderingen over naar het bredere team. Ook de betrokkenheid van ouders is volgens de directeur van groot belang (meelezen, voorlezen …). Om het project op lange termijn te doen slagen, moet in elk jaar verder gewerkt worden op de zaken die ervoor aan bod kwamen (verticale leerlijn). Daarvoor moet voldoende tijd worden vrijgemaakt tijdens de lessen (lezen valt snel weg door de drukte).

RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=