Les in Lezen: Onderzoekslijn 2 – Verticale en horizontale analyse Lezen op School-projecten 128 - Het is niet eenvoudig om met zo veel scholen samen te werken. Er moeten keuzes gemaakt worden (eenzelfde auteurslezing kan bv. niet voor alle eerstejaars van Brussel omwille van het grote aantal scholen en leerlingen). G. Ervaren effecten De coördinatoren geven aan dat ze voor het einde van het project weinig zicht zullen hebben op de effecten ervan. Het effect op leerlingen kunnen zij bovendien moeilijk inschatten omdat de coördinatoren niet/amper met hen in contact komen. Wel durven ze te stellen dat: - Leerkrachten meer ondersteuningsvragen stellen over lezen. De bewustwording van de problematiek is erop vooruitgegaan en zowel scholen als bibliotheken denken bewuster na over hoe ze acties opzetten (voorheen was het meer een routine waar niet over nagedacht werd). De inhoudelijke gesprekken die gevoerd worden over lezen zijn heel waardevol. De coördinatoren hopen dat de scholen geïnspireerd worden om na het project een aantal acties verder te zetten. - De samenwerking tussen scholen en bibliotheken lijkt een groot succes, hoewel de acties zelf vnl. pas in jaar 2 op gang zullen komen. - De niet-betrokken bibliotheken vragen ook om aan uitwisseling te doen want ze zijn geïnteresseerd in het project. De directeur uit de bezochte school geeft aan dat niet alleen de gecreëerde leesplek zelf, maar dat ook het hernieuwde boekenaanbod ervoor zorgt dat er meer aandacht is voor lezen en dat er meer gelezen wordt. 80-85% van de leerlingen op deze school gaf in een bevraging aan dat ze elke dag willen lezen. Wel geeft de school aan dat ze nog meer moeten inzetten op interactie op het einde van een (lees)activiteit. Volgens de geïnterviewde leerkracht zou een gezellige leesklas een grote meerwaarde kunnen vormen voor leerlingen die snel overprikkeld zijn. Ondersteuningsvragen met focus op lezen? Zicht op tegen 1 augustus 2022? Dit heeft op zich niet met Leesrijk te maken. Wel met de subsidie van leesmaterialen op school van VGC H. Aandachtspunten en randvoorwaarden - Er moet voldoende ondersteuning en middelen worden voorzien om de leerkrachten en de bibliotheekmedewerkers de mogelijkheid te geven aan dit project mee te werken. - Scholen moeten prioriteiten stellen en durven afbakenen (‘geen 4 lopende projecten tegelijk’). - Tijd komt voortdurend naar voren als voorwaarde om project te doen slagen. Deze middelen zijn bovendien essentieel om dit project na afloop te laten doorlopen. Ook is twee jaar te weinig om fundamentele veranderingen door te voeren. - De gedragenheid van en opvolging door de directie is belangrijk. - Een stabiel team is van belang. Bovendien is het een meerwaarde dat er een ondersteuner of trekker aanwezig is bij het kernteam (‘er komt bij scholen nogal snel iets tussen en deze persoon kan ervoor zorgen dat het project in gang blijft’). - Ouders moeten ook betrokken worden voor optimale effecten. - De aansluiting bij de Brusselse realiteit is essentieel (ook bij vormingen). - De goesting en interesse om te lezen van leerkrachten is ook van belang. Als een leerkracht niet graag leest, is het moeilijk om dat geloofwaardig te brengen aan leerlingen (werkt goed als de leerkracht mee leest). - Geef leerlingen de keuze om te lezen wat ze willen lezen (leg hen dus niet per se zaken op). Probeer mee te groeien met leerlingen en aan te sluiten bij hun leefwereld (lezen is ruimer dan het beeld dat altijd al bestaat, bv. geanimeerde serie).
RkJQdWJsaXNoZXIy MTg3Nzk=